Paradigma’s (Burrell & Morgan)
Dit model van organisatie analyse, ontwikkeld door Burrell en Morgan classificeert sociologische theorieën langs de twee orthogonale dimensies van de regelgeving tegen verandering en subjectiviteit versus objectiviteit (Burrell & Morgan, 1979). Er is interne consistentie mbt elk paradigma, mbt veronderstellingen over individuen, groepen, verenigingen, doelstellingen van studie en geaccepteerde vormen van bewijsmateriaal. Echter, elke cluster verwaarloost, sluitbuiten of is tegen enkele van de inzichten van die andere paradigma’s.
P – Radical Humanist (Change-Subjective): Sociale kansen en ideologieën worden aangestuurd door grote maatschappelijke instellingen, zodat er dikwijls mensen gemarginaliseerd, stemloos en machteloos worden gemaakt, dat leidt tot grote vervreemding en de verdeling van gemeenschappen. Interventies zijn gericht op concrete individuen en groepen, tot oprichting van onderlinge hulp en bewustwording netwerken die zullen leiden tot eventuele wijzigingen in de sociale en economische structuren.
A – Functionalist (Regulation-Objective): Societies are the coming together of populations with shared civic values who establish social order which on the whole benefits everybody. A – functionalistische (Verordening doelstelling): Verenigingen zijn het samenkomen van de bevolking met een gedeelde burgerlijke waarden die volgorde vast te stellen sociale die over het algemeen voordelen iedereen. Individuals and some identifiable groups may fall into misfortune or maladaptive patterns. Individuen en een identificeerbare groepen kunnen vallen in het ongeluk of de onaangepaste patronen. The goal of intervention is to help them adapt to existing structures, perhaps making minor institutional adjustments where warranted. Het doel van de interventie is om hen te helpen aan te passen aan de bestaande structuren, misschien maken kleine institutionele aanpassingen waar dat gerechtvaardigd is.
E – Radical Structuralist (Change-Objective): Fundamental underlying contradictions and regularities make our entire way of living unjust and untenable. E – Radicale structuralistische (Change-doelstelling): de fundamentele onderliggende tegenstellingen en regelmatigheden onze hele manier van leven onrechtvaardig en onhoudbaar. Distressed individuals and groups can be helped to mollify the impact of structural problems, but lasting change can only be achieved by a complete transformation of the society. Noodlijdende individuen en groepen geholpen kunnen worden om de impact van de structurele problemen verzachten, maar blijvende verandering kan alleen worden bereikt door een complete transformatie van de samenleving. Intervention must be integrated across political, regional, community and interpersonal levels. Interventie moet worden geïntegreerd in de politieke, regionale, gemeenschaps-en interpersoonlijke niveau.
I – Interpretive (Regulation-Subjective): De betekenis van sociale situaties is grotendeels een kwestie van interpretatie. Iedereen kan voelen zich gevangen door hun situatie, maar het bekijken van dingen in een nieuw licht kan leiden tot nieuwe mogelijkheden en leiden tot betere situaties. Intervention focuses on helping people reframe events and adjust the maxims they use to regulate their own behavior. Interventie richt zich op het helpen van mensen reframe gebeurtenissen en stel de maximen die ze gebruiken om hun eigen gedrag te reguleren.
Vertaling:
Burrell en Morgan model werd later genomen in het sociale werk onderzoek, waar het gebruikt werd om vier benaderingen te definiëren begrip van de problemen van maatschappelijk werk cliënten (Whittingham & Holland, 1985). Deze toepassing van het model is hieronder weergegeven.
P – Radical Humanist (Change-Subjective): Sociale kansen en ideologieën worden aangestuurd door grote maatschappelijke instellingen, zodat er dikwijls mensen gemarginaliseerd, stemloos en machteloos, die leiden tot grote vervreemding en de verdeling van de gemeenschappen. Interventies zijn gericht op concrete individuen en groepen, tot oprichting van onderlinge hulp en bewustwording netwerken die zullen leiden tot eventuele wijzigingen in de sociale en economische structuren.
A – Functionalist (Regulation-Objective): Verenigingen zijn het samenkomen van de bevolking met een gedeelde burgerlijke waarden die volgorde vast te stellen sociale die over het algemeen voordelen iedereen. Individuen en een identificeerbare groepen kunnen vallen in het ongeluk of de onaangepaste patronen. Het doel van de interventie is om hen te helpen aan te passen aan de bestaande structuren, misschien maken kleine institutionele aanpassingen waar dat gerechtvaardigd is.
E – Radical Structuralist (Change-Objective): de fundamentele onderliggende tegenstellingen en regelmatigheden onze hele manier van leven onrechtvaardig en onhoudbaar. Noodlijdende individuen en groepen geholpen kunnen worden om de impact van de structurele problemen verzachten, maar blijvende verandering kan alleen worden bereikt door een complete transformatie van de samenleving. Interventie moet worden geïntegreerd in de politieke, regionale, gemeenschaps-en interpersoonlijke niveau.
I – Interpretive (Regulation-Subjective): De betekenis van sociale situaties is grotendeels een kwestie van interpretatie. Iedereen kan voelen zich gevangen door hun situatie, maar het bekijken van dingen in een nieuw licht kan leiden tot nieuwe mogelijkheden en leiden tot betere situaties. Interventie richt zich op het helpen van mensen reframe gebeurtenissen en stel de maximen die ze gebruiken om hun eigen gedrag te reguleren.