Laat je vooral verleiden door Kierkegaard
‘Eerst waren we bang voor God, nu zijn we bang voor elkaar.’ De grote Deense filosoof Kierkegaard voorzag de problemen van het moderne leven. Joakim Garff is zijn leven lang al in de greep van de filosoof. Vandaag verschijnt zijn biografie van de Deen eindelijk in het Nederlands.
auteur:LEONIE BREEBAART
datum: 8 maart 2016
website: https://www.trouw.nl/
Zestien jaar was Joakim Garff toen hij van zijn leraar Deens vijf pagina’s Kierkegaard te lezen kreeg, onmiddellijk gevolgd door de waarschuwing: “Wat je ook doet in je leven, begin nooit aan Kierkegaard”.
Zelden werd een advies zo radicaal in de wind geslagen. Niet alleen liep Joakim na de les meteen naar de lokale bibliotheek om méér, hij wijdde zijn hele verdere leven aan de grote Deen.
Sinds de 56-jarige Garff een biografie van bijna achthonderd pagina’s het licht deed zien, zestien jaar geleden, geldt hij wereldwijd als dé Kierkegaard-kenner. Binnenkort verschijnt het boek in het Chinees, vandaag in het Nederlands. Om dat te vieren, wil Garff op zijn werkkamer in Kopenhagen wel uitleggen waarom hij zelf na al die jaren nog geen genoeg heeft van de lastige Deense denker. “Kierkegaard is een spiegel. Zijn lot, zijn energie, zijn humor, je voelt je door hem tot in je diepste existentie begrepen. De vijftien studenten hier hebben allemaal diezelfde ervaring.”
Inderdaad slaat die herkenning weleens om in adoratie, wat dat betreft had zijn oude leraar gelijk. “Je hebt mensen, docenten zelfs – ik noem geen namen – die Kierkegaard willen imiteren door voortdurend ironisch of polemisch uit de hoek te komen. Maar dat loopt altijd uit op kitsch.” Sinds hij zelf een analyse heeft gemaakt van Kierkegaards verleidingstechnieken, wordt hij niet meer door hem ‘overweldigd’. Wat ook helpt is dat hij nu ouder is dan Kierkegaard ooit werd. “Ik ben getrouwd, ik heb kinderen”.
Twee rozen
Maar leeft Kierkegaard ook nog voor andere Denen? Op een koude doordeweekse ochtend in februari liggen in elk geval twee roze rozen voor de bescheiden witte grafsteen die Søren deelt met twee broers en één zus, die nog eerder stierven dan hijzelf. Volgens Garff groeit de belangstelling voor zijn onderwerp nog steeds, niet alleen onder studenten, ook bijvoorbeeld onder ongeletterde dames die gefascineerd zijn door Kierkegaards ongelukkige liefde voor Regine Olsen, met wie hij na een jaar de verloving doorbrak. Zelf heeft Garff met de Kierkegaard-romantici geen contact – ‘althans niet officieel’. “Er zijn zoveel Kierkegaards.” Wel eindigt hij zijn biografie met de opmerking dat de bezoekers van zijn graf ook eens mogen denken aan deze uitspraak van Kiekegaard: “Hoe komt het toch, dat geen enkel tijdsgewricht weet wat het met een waarheidsgetuige moet aanvangen, maar de man is nog niet dood, of iedereen loopt met hem weg.”
Toch heeft de professor de meeste moeite met lezers die er eens goed voor gaan zitten om Kierkegaards werk te doorgronden. Zoveel respect leidt nergens toe, vindt hij: “Kierkegaards werk is een achtbaan” (Garff maakt met zijn armen grote, golvende bewegingen). “Het ene moment gaat hij in debat met Hegel, dan volgt opeens een grap, of een schets van Kopenhagen. Kijk, als je Kant niet begrijpt, is het je eigen schuld. Als je Kierkegaard niet begrijpt, is het misschien zíjn schuld.” Haal eruit wat je aanspreekt en vergeet de rest.”
En dan is er nog een mythe die Garff graag uit de weg ruimt. Die van Kierkegaard als sombere melancholicus. Dat beeld strookt alleen al niet met zijn gigantisch productie – die ook nog is geschreven met de ganzeveer. Bovendien, als filosoof van de Romantiek was hij ook gewoon geïnteresseerd in zwaarmoedigheid, in het duistere en negatieve. Dat bracht als het ware het beste in hem naar boven. Zo zou je ook zijn ongelukkige liefde voor Regine kunnen bekijken. Volgens Garff besefte Kierkegaard tijdens het schrijven van zijn briljante brieven aan Regine pas dat hij zijn leven moest wijden aan het schrijven – en niet aan Regine. Hij offerde zijn liefde op voor zijn pen, maar van die beslissing heeft hij wel degelijk genoten.
Niet dat Kierkegaard altijd op tragiek aanstuurde. Pijnlijk was wel degelijk het gebrek aan erkenning dat hem tijdens zijn leven ten deel viel. “Kierkegaard wist wat hij waard was”, weet Garff. “Hij twijfelde geen moment aan zijn genialiteit. Toch werden zijn onder pseudoniem geschreven boeken vaak óf niet óf slecht besproken – één ervan werd zelfs toegeschreven aan een onervaren theoloog.”
Uitgelachen
Daar kwam nog bij dat het literair tijdschrift Corsaren na een onverkwikkelijke affaire de ene na de andere karikatuur van de vroeg oud geworden filosoof publiceerde. Dat leidde ertoe dat hij zelfs op straat werd uitgelachen, wat nog extra wrang was, omdat hij zich net als zijn grote voorbeelden Jezus en Socrates juist graag onder het volk begaf. Hoewel zijn intellectuele vrienden er schande van spraken, maakte hij op zijn dagelijkse wandelingen door Kopenhagen een praatje met de slager of de bakker. Maar na die publieke vernedering werden die wandelingen almaar korter.
Toch putte hij ook uit die vernedering weer nieuwe ideeën.”Ik had het christendom nooit zo kunnen begrijpen als ik niet bespot was”, schreef hij. Want terwijl Kierkegaard alle filosofie verwierp die het individu ongemoeid liet, verzette hij zich als theoloog tegen de visie dat christendom rust en vrede bracht. Het geloof moest juist radicaal doorleefd worden – tot het martelaarschap aan toe. Over die wending in Kierkegaards denken heeft Garff overigens zijn twijfels. “De late Kierkegaard is soms erg streng, die moet je tegen zichzelf in bescherming nemen.” Interessanter vindt hij dat het gekwelde genie zichzelf beschouwde als een martelaar nieuwe stijl. In Kierkegaards eigen puntige formulering: “Vroeger werd je nog gekruisigd, nu word je uitgelachen. En dat is veel erger.”
Rake diagnose
“Je kunt natuurlijk beweren dat hij paranoïde was”, geeft zijn biograaf toe, “maar je kunt ook zeggen dat zijn diagnose van de moderniteit bijzonder raak was. Als enige Deen voorzag Kierkegaard de enorme macht die de pers zou krijgen, hij voorzag dat natuurwetenschap een religie zou worden die onze kennis van het onzichtbare zou bedreigen – zie het huidige statusverlies van de geesteswetenschappen. En hij geloofde dat democratisering en secularisatie de mensen tot rivalen zouden maken. Waar tirannie verdween, ook religieuze tirannie, zou mensenvrees opbloeien. “Eerst waren we bang voor God, nu zijn we bang voor elkaar.” Als Kierkegaard vandaag zou terugkeren naar Kopenhagen zou hij zeggen: zie je wel dat ik gelijk had, lacht Garff.
En inderdaad. Het moderne Kopenhagen had aan Kierkegaard ook makkelijk de oneliner kunnen ontlokken die hij bijna twee eeuwen bedacht: “Beschaving ruikt naar snobisme”. Niemand loopt in deze stad door rood. Niemand vervuilt de lucht met een scooter. In plaats daarvan spoeden smaakvol geklede vrouwen zich op hun designfiets naar het werk, terwijl bakfietsvaders de kinderen afleveren bij de crèche. Overal kun je biologisch eten. De enkele junk of bedelaar wordt beleefd gedoogd. Maar dat de aanhang van racistische partijen juist in dit politiek-correcte klimaat groeit, verbaast Joakim Garff niet. Ernstig: “We willen onszelf allemaal presenteren als efficiënt, als excellent. We zien het negatieve niet meer, de mislukking, het barbaarse, juist die dingen die Kierkegaard je laat zien. In dat opzicht doet deze tijd denken aan de tijd voor de Eerste Wereldoorlog. Europeanen dacht dat hun niets kon overkomen. Niemand las Kierkegaard, die gold als te negatief. Totdat die hele mooie beschaving in elkaar was gestort, omdat alles op leugens gebaseerd was. Toen werd zijn werk opeens ontdekt.”
Maar zo somber wil zijn biograaf niet afsluiten: “Lees Kierkegaard alsjeblieft niet alleen om zijn ideeën Hij is vooral een magistrale schrijver. Geestig, onderhoudend, lyrisch. Kierkegaard is een kado.” Hoewel Joakim Garff alweer een heel ander boek heeft afgerond – een biografie van Regine Olsen – kan hij eigenlijk nog uren praten over de Deense denker, die ‘net als iedereen was, maar dan vermenigvuldigd met tien’, zoals hij schrijft in zijn biografie. Eigenlijk is er maar één vraag over het Deense genie die hem tot wanhoop brengt, namelijk de vraag ‘wie Kierkegaard nou eigenlijk was’. “Ik weet het niet en Kierkegaard wist het zelf niet: hij bleef er altijd naar zoeken. En dat is wat je van hem kunt leren. Niet over die vraag heen leven, maar hem openhouden, als een wond. Niet vergeten dat je kwetsbaar bent.”
Wat dacht Kierkegaard?
‘Niet het objectieve, maar het subjectieve is waar’, zo zou je Kierkegaards denken kunnen samenvatten. In zijn werk voert hij een niet aflatende strijd tegen de beperking van objectieve kennis. Die vervreemdt de lezer van wat hem of haar zelf te doen staat. Met zijn scherpe kritiek op de zelfvoldane cultuur – en zelfvoldane kerk, wil hij zijn lezers wakker schudden. Waarheid is pas waarheid als ze individueel geleefd wordt. Filosofisch gezegd: “We denken omdat we bestaan en niet andersom” – een idee dat vooruitloopt op het existentialisme. Zijn belangrijkste boeken zijn: ‘Of,of’ (1843), ‘Vrees en beven’ (1843), ‘Wijsgerige kruimels’ (1844), ‘Het begrip angst’ (1844), ‘Afsluiten onwetenschappelijk naschrift (1845/1846) en ‘De ziekte tot de dood’ (1849).
Wie was Kierkegaard?
Søren Kierkegaard (1813-1855) was de jongste zoon van een wolhandelaar en een analfabete moeder. Zijn vader was zwaarmoedig en zeer gelovig. Vijf van Sørens broers en zussen stierven voor hun 33ste jaar aan onduidelijke oorzaken. De begaafde Kierkegaard studeerde theologie en promoveerde in 1841 briljant met ‘Over het begrip ironie, steeds gezien in relatie tot Socrates’. In 1840 verloofde hij zich met de tien jaar jongere Regine Olsen, een zeer wederzijdse liefde, die Kierkegaard echter na een jaar verbreekt. Zelf trouwde hij nooit, Regine deed dat wel. Afgezien van een paar werkreizen naar Berlijn, verliet Kierkegaard Kopenhagen amper. Met prominente Deense journalisten en kerkelijk leiders onderhield hij intens contact, dat vaak eindigde in ruzie, dankzij Kierkegaards polemische aard. Op zijn 42ste stierf hij. Twintig jaar na zijn dood kreeg Kierkegaard pas een grafsteen – die hij ook nog moest delen.
Joakim Garff: Søren Kierkegaard. Een biografie. Ten Have, 800 blz. vertaling Edith Koenders en Jan Millekamp; euro 59,99; e-book euro 34,99
Kierkegaard-dag
Ter gelegenheid van de Nederlandse vertaling wordt vrijdag in de Rode Hoed te Amsterdam een Kierkegaard-dag georganiseerd. Naast Joakim Garff spreken onder meer Désanne van Brederode en Leon Heuts. Aanvang 20.00. Trouwlezers betalen euro 10. Kaarten kunt u bestellen via Trouw.nl/exclusief.