Hoe een hoogbegaafde werknemer invloed heeft op zijn of haar functioneren
Afstudeerscriptie voor de Parttime Masterstudie Bedrijfskunde – Management van Verandering aan de Rotterdam School of Management van de Erasmus University door Peter Colijn in september 2019 met als begeleider: Dr. Mariëtte Kaandorp.
De scriptie is in zijn geheel te vinden op: https://thesis.eur.nl/pub/50576/Peter-Colijn.pdf
SAMENVATTING van de scriptie:
“Een hoogbegaafde is een snelle en slimme denker, die complexe zaken aankan. Autonoom, nieuwsgierig en gedreven van aard. Een sensitief en emotioneel mens, intens levend. Hij of zij schept plezier in creëren” (Kooijman – van Thiel, 2008, p.69). Professionals schatten in dat bijna twee derde van de hoogbegaafden slechts matig of niet functioneert (Kooijman, Corten, Nauta, & Verhoef, 2009). Dit zijn hoogbegaafden die weinig meerwaarde hebben voor de samenleving. Uit een onderzoek dat Emans, Visscher en Nauta (2017) deden onder hoogbegaafde werklozen bleek de belangrijkste conclusie die kon worden getrokken dat de informanten beseffen zelf voor het grootste deel verantwoordelijk te zijn voor hun werkloze situatie, echter bleek men onvoldoende in staat om te voorkomen dat men in deze situatie terecht is gekomen.
Dit onderzoek is uitgevoerd omdat professionals noch wetenschappers en hoogbegaafden hier een passend antwoord op lijken te hebben. Omdat hoogbegaafden in het onderzoek van Emans et al. (2017) beseffen dat ze zelf de belangrijkste oorzaak zijn voor het niet-functioneren, ligt de focus in dit onderzoek op de mogelijke invloed die de hoogbegaafde werknemer zelf kan uitoefenen op zijn of haar functioneren.
Omdat er weinig literatuur is gepubliceerd dat zich specifiek richt op hoogbegaafde werknemers is dit onderzoek kwalitatief en inductief van aard (Edmondson & Mcmanus, 2007). Op basis van grounded theory is de verkregen data vergeleken met bestaande theorieën, om vervolgens te kunnen bijdragen aan het vormen van nieuwe theorieën (Glaser & Strauss, 1967). De data uit interviews met 14 informanten is uiteindelijk gebruikt om tot de resultaten en een conclusie te komen.De informanten gaven aan zich te herkennen in het hebben van verschillende kenmerken van hoogbegaafdheid. Deze kenmerken zijn: snel kunnen schakelen, creatief / oplossend vermogen, hooggevoeligheid (Kooijman – van Thiel, 2008), perfectionisme en een kritische instelling (Kieboom, 2003). Daarnaast is gebleken dat de informanten de nodige autonomie ervaren op het werk, namelijk op het gebied van het invullen van de eigen werkzaamheden, hun werktijden en op de keuze met wie ze samenwerken.
Doordat de hoogbegaafde werknemers zich bewust zijn van hun sterkten en mogelijke risico’s en omdat ze autonomie ervaren, zijn ze in staat gebleken om hun snelheid van denken en werken aan het tempo van hun collega’s aan te passen. Op deze manier betrekken ze hun collega’s om gezamenlijk tot een einddoel te komen. Daarnaast verwachten ze niet van hun collega’s dat hun lat net zo hoog ligt als dat van de hoogbegaafde werknemer zelf, wat de samenwerking met collega’s bevordert. Tims & Bakker (2010) scharen dit onder het verhogen van de hulpbronnen.
Naast het verhogen van de hulpbronnen verhogen ze ook hun taakeisen, namelijk door tijd en energie te steken in de samenwerking en een vertrouwensband met hun collega’s te creëren. Uit eerder onderzoek van Tims, Bakker en Derks (2013) is aangetoond dat het verhogen van de taakeisen en hulpbronnen leidt tot een hogere mate van bevlogenheid en werktevredenheid. Waarmee de vraag hoe een hoogbegaafde werknemer zijn of haar functioneren kan beïnvloeden, is beantwoord.