Het agoramodel en zingeving
Zin en zingeving
Gudes ambities met het agoramodel reiken verder dan bildung van leraren en leerlingen. Het model kan ook worden ingezet om professionals creatief te leren omgaan met problemen op de werkvloer, voor humeurmanagement in je leven en als wereldbeschouwing. Hij wil het ook inzetten voor ‘ambachtelijk zingeven’ op de werkvloer. Het zingeven vinden we terug in het agoramodel, waarin alles in vieren is gedeeld. Corresponderend met de vier sferen en de vier trainingspraktijken onderscheidt Gude vier betekenissen van zin: het zinnelijke, het zintuiglijke, het zinrijke en het zinvolle.
‘Zin is de flow die ontstaat als je vermogens – je lustgevoelens, je zintuigen, je verstand en je wil – worden geactiveerd. Liefst samen in ondernemingen met anderen’ (Gude, 2016, p. 107). Gude stelt dat de klassieken uit de Griekse oudheid een menselijk vermogen zijn vergeten: het Lustvolle, het Lekkere. De vier essentiële menselijke vermogens zijn: het Ware (het verstand), het Goede (de wil), het Schone (de zintuigen) en het Lustvolle (de lust, begeerte, emoties). Gude is daarom meer geneigd Benedictus de Spinoza (1632-1677) dan Plato (ca. 427-347 v.Chr.) te volgen op dit punt.
“Al wat leeft, streeft” zegt Spinoza, dat komt door onze conatus, ‘het streven’. Henri Bergson (1859-1941) noemt dit élan vital, ‘levenskracht’, en Arthur Schopenhauer (1788-1860) noemt het ‘wil’. Conatus valt bij Spinoza uiteen in appetitus (onmiddelijke begeerte, zinnelijkheid) en voluntas (gevormde wil, het welbewuste streven, het zinvolle). Naast conatus heb je perceptio, dat uiteenvalt in sensus (waarneming) en ratio (verstand).
website: https://www.kb.nl/het-agoramodel-en-zingeving
Essentialistische zingeving
Gude vat, zoals Schopenhauer, het denken op als ‘voorstellingen maken’. Met die voorstellingen kan je streven richting geven. Dit laat zien dat ‘denken nooit meer is dan vormgeven van dat wat je wilt’ (Gude, 2016, p. 109). De wil, de emoties zijn de motor. De vier vermogens kun je koppelen aan vier kernvakken van de filosofie: fysica, logica, ethica en esthetica. Als je vermogens geactiveerd zijn, dan is er sprake van essentialistische zingeving.
Binnen de trainingsprogramma’s trainen en cultiveren we deze vermogens waarmee we zin maken in het sociale verkeer. Gude koppelt het Lustvolle aan religie – daar train je matigheid en zelfbeheersing. Het Goede koppelt hij aan sport – daar train je samenwerking en moed houden om doelen te bereiken. Het Schone koppelt hij aan kunst – in het museum en theater scherp je je verbeelding en inbeelding. Het Ware hoort bij de filosofie – daar oefen je om te komen tot heldere begripsvorming en een goede voorstelling van zaken.
Existentiële zingeving
We cultiveren de vermogens die in onze essentie zitten door aan existentiële zingeving te doen: door de wereld in te trekken en ons te associëren met elkaar. We kunnen onze vermogens optimaal activeren door welbewust collectieven vorm te geven. We doen echter geen recht meer aan onze vermogens omdat collectiefvorming de laatste decennia heeft plaatsgemaakt voor individuvorming. Zingeving is sindsdien met ‘zelfontplooiing’ geassocieerd, waardoor het naar de privésfeer is verdreven. Vanaf de jaren tachtig is er geen vertrouwen meer in grote plannen en grote ideologieën en wordt iedereen op zichzelf teruggeworpen. Hierdoor voelen veel mensen zich ontevreden.
De remedie hiertegen is onze vermogens en onze voorstellingen van het Goede, het Ware en het Schone samen te trainen in de trainingsprogramma’s filosofie, religie, sport en kunst.
Het Goede trainen we bijvoorbeeld op het sportveld, het Ware in de academie en het Schone in het museum. Het Lekkere of Lustvolle is fundamenteel, de bron voor de andere drie vormen van zingeving. Zonder lust gebeurt er niets, lust geeft energie.
Hier biedt Aristoteles uitkomst met zijn uitspraak: “Alle mensen streven van nature naar weten.” Iedereen vindt het ‘lekker’ om het beter te weten. Dat streven zit in ons. Wijsbegeerte is een lust, een drift. Er bestaat ook religielust, sportlust en kunstlust. We worden geboren als individuele lustsubjecten en groeien geleidelijk uit – door cultivering en civilisering – tot aanspreekbare, bovenindividuele wezens.
Vier vormen van ambachtelijk zingeven
Je kunt je vermogens alleen tevreden stellen door de cultuur – en dus de collectieven – op te zoeken. De essentiële en existentiële zin horen bij elkaar en vormen samen zingeving. De vier vermogens leiden tot vier soorten zin en dus vier vormen van ambachtelijke zingeving: zinnelijkheid, zintuiglijkheid, zinvolheid en zinrijkheid (de vier Z-en). Deze kun je respectievelijk koppelen aan religie, kunst, sport en filosofie. Door alle vier vormen invulling te geven, krijg je uiteindelijk zin in het leven.
De vier vormen van ambachtelijke zingeving bestaan uit:
◊ het zinnelijke: er zin in hebben, het lichamelijke aspect, het lustvolle, het lijfelijke;
◊ het zintuigelijke: wanneer je zintuigen het schone waarnemen, de ervaring van het schone;
◊ het zinvolle: je staat achter de doelen in je leven en je werk;
◊ het zinrijke: het rationele, wanneer je volzinnen betekenis hebben.
Aanleg en talenten zijn min of meer algemeen, het gebruik ervan is volstrekt individueel. Er kan een hoop misgaan in het gebruik van de vermogens. In de eerste plaats omdat we onze lusten niet goed beheersen, niet goed opletten, niet steeds van goede wil zijn en onzin uitkramen. Dit vraagt veel oefening. En in de tweede plaats hebben collega’s en klanten ook zo hun eigen begeertes, ervaringen, wijsheid en doelstellingen. Dat botst met grote regelmaat. Je moet niet proberen die botsingen te vermijden, want dan isoleer je jezelf.
Ambitie
Je hebt ambitie nodig en ambitie is altijd sociaal. Ambitie betekent letterlijk rondlopen; ambiance betekent dwalen. Kunnen rondwandelen is een van de meest basale vermogens van de mens. Langzaam maar zeker krijgt ambitie de betekenis van de wil om iets te bereiken. Het willen is er eerst. Onze gedachten zijn altijd een combinatie van wil en voorstelling, van emoties en idee. Voor ambitie hebben we zowel de oneindige wil als het beperkt verstand nodig. Als je er niet bij hoort, is er geen enkele ambitie denkbaar. Ambitie is het verlangen om ergens goed in te zijn en er misschien zelfs wel beter in te zijn dan anderen.
Ieder mens heeft iets karakteristieks, iets eigens. Dat eigene haal je niet puur uit jezelf, maar uit het tussen anderen zijn. Zo haal je de zin van je leven uit de loyaliteit die je kunt opbrengen voor projecten met anderen. ‘Je individuele lust en je sociale lust, de ambitie, zijn de motor die je met een oneindige kracht vooruit blazen; het verstand voorziet in de mogelijkheid om lust en ambitie te begrenzen. Hoe gebrekkig dat verstand vaak ook is’ (Gude, 2016, p. 117). Het verstand is gebrekkig en dient vooral om je wil te reguleren. Het verstand moeten we dan ook met alle middelen te hulp komen.
Filosofie en de collectieven
Filosofie is daarom als trainingssfeer zo belangrijk met name om je denkspier te trainen. Filosofie ondersteunt de ratio in je eigen leven, maar ook in onze collectieven. ‘Deze generatie staat voor de taak om middelen te vinden om de vertrouwenscrisis tussen zeven miljard mensen te bezweren. Om dat vertrouwen te vestigen heb je goede instituties nodig. Filosofiebeoefening is onderhoud aan die instituties die ons vertrouwen in elkaar versterken’ (Gude, 2016, p. 118).
Helaas overleed Gude voor hij zijn vier vormen van zingeving kon toepassen. Met deze vierdeling wilde hij het bedrijfsleven in gaan om ambachtelijk zin te geven aan werk. Filosofieredacteur van dagblad Trouw, Peter Henk Steenhuis (geb. 1969), die hem tot zijn dood wekelijks interviewde, hernam het onderzoek en toetste deze vierdeling aan de praktijk. Hij noemt de vier Z-en ‘een bril om scherper mee te zien’ (Brand, 2018, p. 9). Zijn onderzoek resulteerde in het boek Werk verZetten (2016). Niet veel later verscheen Ambachtelijk zingeven (2017) als handvat voor werknemers én werkgevers om zin in hun werk te maken. En te houden.
Programmadirecteur en uitgever bij de Internationale School voor Wijsbegeerte (ISVW) Erno Eskens(link is external) (geb. 1964), een van de samenstellers van het boek Het agoramodel. De wereld is eenvoudiger dan je denkt, geeft geregeld lezingen in het bedrijfsleven over het agoramodel van Gude en diens theorie over ambachtelijk zingeven. Eskens is ook gastdocent bij de beroepsopleiding Zin geven aan werk van de ISVW.
Literatuurverwijzingen
- Lukas Brand, ‘Zin maken in werk. Interview met Henk Steenhuis’, in: iFilosofie, 38 (2018), p. 8-13. Ook online.
- René Gude, Het agoramodel : de wereld is eenvoudiger dan je denkt. Leusden, ISVW Uitgevers, 2016