Drama creëren (kind) en Winnaar (volwassen) zijn
Transactionele Analyse (TA) is een sociale psychologie die is ontwikkeld door Eric Berne, MD (1910-1970). Berne’s theorie bestaat uit bepaalde sleutelconcepten die TA-professionals gebruiken om cliënten, studenten en systemen te helpen bij het analyseren en veranderen van interactiepatronen die belemmeren bij het behalen van levensdoelen. (bron: ITAAworld.org).
In 1966 antwoordde Berne op de vraag: ‘Wat is Transactionele Analyse, in een notendop?’ het volgende: “Het is een systeem om menselijk gedrag te begrijpen, om te proberen menselijk gedrag te veranderen en om menselijk gedrag te voorspellen.” Berne spreekt ook over een ‘herkenningsfactor’: “We zijn in staat om in zeer simpele woorden te praten over psychologische dingen.” “Mensen kunnen begrijpen waar het over gaat en vervolgens herkennen zij het. Ze zien de realiteit in wat er met hen en andere mensen gebeurt. Ze zeggen: ‘He, dit gaat over mij!’ Of: ‘He, dit gaat over jou of hem of haar!’”. (bron: Dr. Eric Berne. Games People Play, The Theory part 1, Youtube, 2011).
TA gaat uit van een patroon van denken, voelen en doen dat is ontstaan uit (vaak onbewuste) beslissingen die een persoon ooit in zijn of haar leven nam. Wanneer men zich bewust wordt van dat patroon, kunnen er nieuwe besluiten genomen worden. De autonomie, spontaniteit en authenticiteit van deze persoon kunnen daardoor groeien waardoor het makkelijker wordt om gezonde relaties met anderen aan te gaan. TA kenmerkt zich door een humanistische levensvisie en wordt vaak onder de positieve psychologie geschaard. (bron: https://nvta.nl/wat-is-ta/)
TA is onder meer bekend van het basisprincipe Ik OK, Jij OK en van concepten als de Dramadriehoek, Ego-toestanden, Miskenning, Script en Symbiotische relaties.
TA Ego-posities
De Ouder: Ik praat en handel zoals ik mijn ouders en andere opvoeders heb horen praten. Als we vanuit deze positie communiceren, praten we vanuit normen en waarden. Vaak vertellen we anderen vanuit deze positie hoe zij iets moeten doen, of juist moet laten. De manier waarop dat gebeurt is bepalend voor hoe de boodschap overkomt. Binnen deze positie onderscheiden we de Kritische Ouder (KO) en de Verzorgende Ouder (VO).
De Volwassene: Ik denk en reageer op basis van feiten en reële beslissingen, overwegingen of mogelijkheden. Vanuit onze Volwassene communiceren we vooral uit de ratio in het hier en nu. Bijpassend gedrag is het stellen van vragen en het reageren op basis van feiten en ik-boodschappen. Met een lading die past bij het hier en nu.
Het Kind: Ik denk, voel en reageer zoals ik ook deed toen ik een kind was. Dit communicatiepatroon komt naar voren als we ons opstellen vanuit het gevoelsmatige en emotionele gedeelte in ons. Binnen deze positie onderscheiden we het Vrije Kind (VK), het Rebelse Kind (RK) en het Aangepaste Kind (AK).
Een boodschap vanuit een Ego-positie roept vaak een voorspelbare reactie vanuit een complementaire Ego-positie op. Zo roept een boodschap vanuit een ouder-positie vaak een kind-reactie op. En vice versa. Met een boodschap vanuit de volwassene vergroot je de kans dat de ander ook uit de volwassene zal reageren.
Andere zeer bruikbare instrumenten die de TA ons biedt zijn de Dramadriehoek en inzicht in Driver-gedrag. (bron: https://resonanttrainen.nl/)
Het delen van je gedachten, gevoelens en ervaringen op een gelijkwaardige, open en eerlijke manier noemt Eric Berne, de grondlegger van de Transactionele Analyse, intimiteit. Het is volgens hem de meest bevredigende manier om in contact te zijn en je gezien en erkend te voelen.
Waarom verdraaien of maskeren we de waarheid dan toch vaak? Waarschijnlijk doen we dat omdat we ergens in ons leven leren dat dat veiliger is. Soms voelen we ons in het slechtste geval afgewezen en pas ik mijn gedrag aan. Mogelijk slik ik mijn kritiek in, kopieer ik het gedrag van mijn moeder of spaar ik mijn kritiek op om op een later moment uit mijn vel te springen. Deze ineffectieve patronen noemt Eric Berne spel. Volgens hem vluchten mensen in spel als de werkelijke ontmoeting (intimiteit) te spannend lijkt. Omdat we toch een behoefte hebben, proberen we daar via een omweg in te voorzien.
Mensen zijn zich er vaak niet van bewust dat ze in spel zijn beland. Wel voelen de betrokkenen zich na afloop vaak rot, boos, triomfantelijk, zielig etc.
Alle spelen zijn op een simpele manier samen te vatten in een basisschema (Karpman).
De Dramadriehoek wordt veroorzaakt door ongelijkwaardig kijken naar zichzelf en naar de ander. Vaak kijk je vanuit deze positie vooral naar de ander en acteer je daarop. Je bent niet bezig met wat jij zelf nu echt nodig hebt. Je kijkt dikwijls vanuit een ouder of kindhouding naar de ander:
Drie Dramadriehoek posities
* Slachtoffer
Het slachtoffer ontkent zijn eigen verantwoordelijkheid, vraagt hulp, steun, aandacht etc. voor dingen die hij eigenlijk zelf kan of moet doen.
* Redder
De redder stapt in de positie van degene die het weet voor de ander of het zal oplossen. Hij neemt de verantwoordelijkheid van de ander over.
* Aanklager
De aanklager verwijt de ander dat hij dingen niet goed doet of de oorzaak is van allerlei zaken. Net als het slachtoffer ontkent de aanklager dus een deel van zijn eigen verantwoordelijkheid.
De Winnaardriehoek wordt veroorzaakt door een gelijkwaardige manier van kijken naar zichzelf en naar de ander. Vaak kijk je vanuit deze positie vooral naar jezelf: naar wat jij wilt en wat jij niet wilt, wat jij kunt en wat jij niet kunt. Je bent bezig met wat jij zelf nu echt nodig hebt. Dat is een volwassen, gelijkwaardige houding, die je ook van de ander verwacht. Je verwacht dat de ander ook weet wat hij/zij wel of niet wil en wat hij/zij wel en niet kan en dat ook kan aangeven. Zo versterk je elkaar, zo ontstaat een dialoof en een vruchtbaar samen-zijn op dat moment of in een relatie.
Van jongs af leer je als kind de wereld om je heen te interpreteren en beslis je welk gedrag het meest passend is om gezien, gehoord en erkend te worden in je gezin. Je leert dat aan de hand van de boodschappen die je van je ouders en andere relevante betrokkenen krijgt. Boodschappen die zowel verbaal als non-verbaal gegeven worden. Boodschappen die je tegenhouden of vooruit duwen. Drivers zijn je kwaliteiten en vaak ook de voorwaarden voor je successen. Tegelijk vormen ze je achillespees op het moment dat je erin doorslaat. Dan wordt je driver een valkuil.
Naast drivers ontwikkel je als kind ook stoppers. Dat zijn de beslissingen die je genomen hebt wanneer je ouders je – verbaal of non-verbaal – duidelijk maakten wat niet mocht. Als kind legde je jezelf beperkingen op zodat je geen gedrag zou vertonen dat je ouders afkeurden. We onderscheiden twaalf stoppers die je in de afbeelding hierboven kunt zien.
Deze afbeelding laat de samenhang tussen drivers en stoppers zien door het bovenstaande drenkeling-diagram, dat is ontwikkeld door Adrienne Lee (Directeur van The Berne Institute te Kegworth, Engeland). De stoppers zijn de bakstenen die je onder water trekken, de drivers zijn ballonnen die je boven water houden. Als het je niet langer lukt om perfect te zijn, je best te doen,… dan trekken je stopper(s) je verder de diepte in en kan je verzuipen. Dan is het in ieder geval tijd om aan je persoonlijke ontwikkeling te werken, zodat je vrij en volwassen kunt leven. Drijvers en stoppers zijn immers overlevingsmechanismen.