Dick Kruijthoff – Corlien Doodkorte
Dick Kruijthoff beschrijft een casus van een opmerkelijke genezing van Corlien Doodkorte.
Hij publiceert zijn artikel in maart 2021 in Advances in Mind-body Medicine 35(2): pagina 4 t/m 13 samen met Elena Bendien, Corlien; Cornelis van der Kooi, Gerrit Glas en Tineke A. Abma
Corlien Doodkorte heeft er zelf in 2016 een boek over geschreven: ‘Geen grappen God! Worstelen met wonderen’. Corlien Doodkorte lag op de intensive care en schreeuwde het uit naar God. Ze had al afscheid genomen van haar man en kinderen. De ziekte Parkinson had haar ingehaald. De aftakeling ging sneller dan iedereen gedacht had. Haar energie was helemaal op. Corlien was blij dat aan het lijden een einde leek te komen en was klaar om te sterven. Ze wist dat haar leven in Gods hand was. Maar dan gebeurt het onverwachte: als iemand voor haar bidt voelt ze een golf van warmte door haar lichaam gaan. Corlien weet dat God een bijzonder wonder heeft gedaan.
SAMENVATTING van het artikel van Dick Kruijthoff:
Doel • Het doel van dit artikel is om onze begrip van gebedsgenezing door een casus te bestuderen die: werd beschreven als een ‘opmerkelijke genezing’ door een medisch beoordelingsteam van de Amsterdam University Medical Centrum (UMC) in Nederland.
Methode • Deze retrospectieve, case-based studie van gebed genezing onderzocht talrijke gerapporteerde genezingen met behulp van zowel medische dossiers als patiëntenverhalen. een medische beoordelingsteam beoordeelde de bijbehorende medische dossiers, evenals: evenals eventuele ervaringsgegevens. De voorbeelden van genezing kan worden geclassificeerd als ‘opmerkelijk’ of ‘onverklaarbaar’.
Ervaringsgegevens werden verkregen door kwalitatieve, diepgaande Sollicitatiegesprekken. Het onderzoek was transdisciplinair van aard, met medische, psychologische, theologische en filosofische perspectieven. Het doel was om te begrijpen dergelijke genezingen in het bredere kader van de wetenschap-religie debat.
Resultaten • We presenteren de casus van een vrouwelijke patiënt, geboren in 1959, met de ziekte van Parkinson die een onmiddellijke, bijna volledige genezing in 2012 na voorbede. Op dat moment was de ziekte op een gevorderd stadium, snel progressief, met grote slopende symptomen. Hoge doses orale medicatie waren nodig.
Na deze genezing was er geen herhaling van haar eerdere symptomen, terwijl de resterende symptomen bleef verbeteren. Ze herwon al haar capaciteiten bij werk, maar ook in het dagelijks leven. Het medische beoordelingsteam beschreef haar herstel als ‘opmerkelijk’. De patiënt meldde dat ze altijd ‘bij God had geleefd’, en dat een moment waarop ze de hoop had opgegeven, ‘het leven werd teruggegeven’ voor haar.’ Dit herstel maakte haar niet immuun voor andere ziektes en lijden, maar het versterkte wel haar overtuiging dat God geeft om mensen.
Conclusie • Deze opmerkelijke genezing en zijn context verbaasde de patiënte, haar familie en haar artsen. De klinische cursus was buitengewoon, in tegenspraak met gegevens van beeldvormende onderzoeken, evenals het algemene begrip van deze ziekte. Deze zaak riep ook vragen op over medische veronderstellingen. Elke poging om dergelijke genezingen te onderzoeken vereist de betrokkenheid van andere disciplines. EEN transdisciplinaire benadering met ervaringsgerichte kennis zou handig zijn. Tegen de achtergrond van het wetenschap-religiedebat, vinden wij dat het nuttigst aanpak zou er een zijn van complementariteit en dialoog, in plaats van controverse aan te wakkeren. (Adv Mind Body Med. 2020;35(2):4-13.)