De schade na één jaar corona
Op 27 februari 2020 werd bekend dat het coronavirus voor het eerst Nederland had bereikt. Naar aanleiding van een jaar pandemie in Nederland maakt NRC de balans op. Hoe dodelijk en ziekmakend is het virus? Welke gevolgen had de aanpak om het virus te bestrijden? Was het middel erger dan de kwaal, zoals vier medisch specialisten in NRC betoogden?
auteur: Kees Versteegh
datum: 25 februari 2021
website: https://www.nrc.nl/nieuws/2021/02/25/27-februari-2020-a4033291
Het coronavirus confronteerde Nederland, met zijn vergrijsde bevolking en vele welvaartsziekten, met een afschuwelijk dilemma, zo blijkt uit het ‘schaderapport’ dat NRC van een jaar coronabestrijding maakte. Met de lockdowns zijn vermoedelijk vele duizenden extra doden en ernstig zieken voorkomen, net als een volledige ontwrichting van het zorgsysteem. Diezelfde lockdowns vroegen echter een hoge prijs op politiek, economisch en sociaal gebied. Veel constitutioneel verankerde vrijheden en andere rechten werden opgeschort. Grote groepen jongeren konden – en kunnen – zich tijdens hun studie en vroege fases van hun carrière niet ontwikkelen en lijden psychische schade. De bestaande ongelijkheid binnen de samenleving werd eerder groter dan kleiner, mede doordat schoolsluitingen vooral kansarme kinderen treffen.
In de verhouding staat-burger komt de eerste sterker uit de crisis, blijkt verder uit de inventarisatie. De overheid weet nu meer dan begin 2020 over het gedrag van burgers, bijvoorbeeld door de gedetailleerde monitoring van experimentele bijeenkomsten met veel mensen. Daarnaast heeft de staat, meer dan bij andere vaccins, invloed op de verdeling van de beschikbare middelen om het virus te bestrijden. Ook heeft de overheid het voortouw bij de herstelprogramma’s voor het post-coronatijdperk.
Hiertegenover verzwakte de positie van de burger juist. De lockdowns maakten hem en haar onvrijer, minder welvarend en in sommige opzichten angstiger en passiever.
Hoeveel mensen in Nederland zijn tot nu toe overleden door corona of er (langdurig) ziek van geworden?
Van de ongeveer 1,1 miljoen mensen die positief testten op corona, zijn er volgens het RIVM ongeveer 15.500 aan het virus overleden. De meesten waren ouder dan 80 jaar: zo’n 30 procent van de besmette tachtigplussers overleed, ruim 4.000 mensen. Ouderen hebben vaak een slechter werkend afweersysteem.
Onderliggende aandoeningen verhogen de kans op een ernstiger verloop van de ziekte. Van alle patiënten onder de 70 jaar die sinds de uitbraak op 27 februari 2020 zijn overleden, had zeker 70 procent een onderliggend probleem; vooral hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, diabetes (suikerziekte) en chronische longaandoeningen. Ook mensen met een chronische nierziekte, kanker, een chronische zenuw- of spierziekte of met ernstige obesitas bleken kwetsbaar.
Maar het overgrote deel van de coronapatiënten heeft geringe of zelfs geen klachten. De klachten gaan niet verder dan verkoudheid, hoofdpijn, keelpijn, koorts. Ook treden vaak reuk- en smaakverlies op.
Wie meer klachten heeft dan de hierboven genoemde, kan vaak last houden van hardnekkige verschijnselen (‘long covid’). De klachten variëren in dat geval van het nauwelijks kunnen bewegen door spierpijn, pijn op de borst en ademhalingsproblemen tot chronische vermoeidheidsverschijnsen
Er werden tot begin februari van dit jaar bijna 31.500 mensen opgenomen in het ziekenhuis. Daarnaast lagen er ongeveer 7.500 op een intensivecare-afdeling.
Hoeveel mensen overlijden er zonder een lockdown?
Wetenschappelijk lijdt het geen twijfel dat het aantal doden aanmerkelijk hoger was geweest als er geen lockdowns waren geweest. Sluiting van een groot deel van de samenleving beperkt het aantal interacties waarbij besmettingen plaatsvinden, sterk. Hoeveel doden daarmee precies zijn voorkomen, is niet bekend.
Wel heeft het RIVM schattingen gemaakt van het aantal IC-opnames dat door lockdowns werd voorkomen. Van begin maart tot midden april 2020 zijn zo’n 23.000 IC-opnames voorkomen. En afgelopen woensdag zei Jaap van Dissel van het RIVM dat met de tweede lockdown (inclusief avondklok) naar schatting 6.300 IC-opnames zijn voorkomen.
De schattingen van sterfte bij het volledig afschaffen van de lockdown lopen sterk uiteen. Maart vorig jaar hanteerde de Wereldgezondheidsorganisatie nog een wereldwijd mortaliteitspercentage van 3,14 procent (dus ongeveer drie op de honderd besmette mensen). In augustus rapporteerde dezelfde organisatie dat veel studies inmiddels uitkwamen op een sterfte tussen de 0,5 en 1 procent (zonder lockdowns dus).
Voor Nederland hanteert het RIVM een percentage van 1 procent. Deze schatting is echter gebaseerd op onderzoeken uit het begin van de pandemie, medio maart/juni. Dat was een beduidend andere situatie dan nu. Zo beschikten destijds nauwelijks mensen over antistoffen tegen het virus. Volgens schattingen van het RIVM en bloedbank Sanquin hebben inmiddels tussen de twee en drie miljoen mensen (exclusief de ongeveer miljoen gevaccineerden) dergelijke antistoffen.
Wat waren de gevolgen van voorrang geven aan Covid-19-patiënten boven andere patiënten?
Er bestaan alleen schattingen van de aantallen zogeheten ‘verloren gezonde levensjaren’ door het uitstellen van operaties, ingrepen en behandelingen, omdat coronapatiënten voorgingen. Het RIVM schatte eind vorig jaar het aantal verloren gezonde levensjaren op maximaal vijftigduizend. Dit verlies trad vooral op door uitstel en soms afstel van bijvoorbeeld heup- en knieoperaties, niertransplantaties en oogoperaties. Ervan uitgaand dat het om vijftigduizend individuele gevallen gaat, zou het dus gaan om vijftigduizend personen op een bevolking van zeventien miljoen. Inmiddels is er opnieuw sprake van verdringing, sinds de stijging van het aantal coronapatiënten in de ziekenhuizen vanaf oktober 2020.
In het onderzoek van het RIVM was niet het effect van verdringing door Covid-19 op kankerbehandelingen betrokken. Volgens een inventarisatie van de databank het Integraal Kankercentrum, begin februari, daalde begin vorig jaar het aantal kankerdiagnoses met ongeveer een kwart. De onderzoekers schreven dit toe aan een lagere bereidheid van mensen om de huisarts te bezoeken. Ook werden bevolkingsonderzoeken naar kanker tijdelijk stilgelegd. In 2020 kregen vierduizend minder mensen te horen dat ze kanker hadden dan het jaar ervoor. Het gaat daarbij vooral om borstkanker, darmkanker en prostaatkanker.
In 2020 schreven huisartsen ongeveer een miljoen minder verwijzingen uit naar specialisten en ziekenhuizen. Over de „gezondheidsschade” die daardoor is ontstaan, „maken wij ons zorgen”, aldus de Nederlandse Zorgautoriteit eind 2020.
Wat waren de gevolgen voor de vrijheden van de burger?
Meer nog dan andere westerse leiders, verwoordde de Duitse bondskanselier Angela Merkel welke vrijheden burgers moesten inleveren door de lockdown. Onder verwijzing naar de sluiting van bedrijven, scholen, kerken, winkels, musea, verenigingen en andere instellingen zei Merkel maart vorig jaar in een nationale toespraak: „Ik weet (….) hoe hard de sluitingen in ons leven ingrijpen en in ons zelfbeeld als democratie. Het zijn beperkingen die er in de Bondsrepubliek nooit eerder waren. Laat mij u verzekeren: voor iemand als ik, voor wie reis- en bewegingsvrijheid een moeizaam veroverd recht zijn, zijn zulke beperkingen alleen als absolute noodzakelijkheid te rechtvaardigen. Ze zullen in een democratie nooit lichtvaardig en alleen tijdelijk genomen kunnen worden. Op dit moment kunnen we niet anders omdat we levens willen redden.”
Ook Nederland schortte vanaf 15 maart 2020 veel vrijheden van de burger op. Bedrijven in de horeca, entertainment en sportindustrie werden gesloten, net als musea en theaters en scholen. Het reizen werd aan banden gelegd. Ook de vrijheid van demonstratie werd ingeperkt, eerst om gezondheidsredenen, later ook uit angst voor rellen of andere gevaren voor de openbare orde. Op kerken, moskeeën en andere religieuze centra werd steeds grotere druk uitgeoefend hun bezoek te beperken.
Constitutionele rechten van de burger die de overheid beperkte waren: de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging (grondwetsartikel 6), de vrijheid van vereniging (artikel 8), de vrijheid van vergadering en betoging (artikel 9) en de vrijheid van onderwijs (artikel 23). Bij sterke overheidsdruk tot vaccineren komt daar ook artikel 11 bij over de onaantastbaarheid van het menselijk lichaam.
Andere beperkingen, zoals die op vrij reizen en ondernemerschap, raakten respectievelijk artikel 13 uit de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens van de VN, en artikel 16 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Deze rechten wegen overigens minder zwaar dan constitutionele rechten uit de nationale Grondwet.
Ook de volksvertegenwoordiging kreeg met (deels zelfopgelegde) beperkingen te maken. Het parlement bracht zijn zittingen terug tot strikt noodzakelijke debatten. Daardoor werd het moeilijker de talloze overheidsmaatregelen tegen corona van deugdelijke parlementaire controle te voorzien. De wettelijke basis voor de constitutionele beperkingen en bestrijdingsmaatregelen van de staat, bleek gebrekkig. Ze werd geformuleerd in noodverordeningen die alleen voor kortdurende crisissituaties zijn bedoeld. Pas 1 december 2020 ging de Tijdelijke wet maatregelen Covid-19 in, die de noodverordeningen moet vervangen.
Verder beperkte het kabinet tijdelijk de mogelijkheden van de pers om op grond van de Wet Openbaarheid van Bestuur (Wob) informatie op te vragen over de besluitvorming rond het coronabeleid. Volgens minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) werd de belasting voor het ambtelijk apparaat te groot. Ook Algemene Zaken, het ministerie van premier Rutte, weigerde in december een reeks interne documenten publiek te maken. De beperkingen op de Wob maakten het moeilijker voor media om kritisch te berichten over besluitvorming door het kabinet.
De meeste vrijheidsbeperkingen werden zonder veel protest van burgers doorgevoerd, met uitzondering van de avondklok. Velen wilden juist verder gaan dan de overheid; maart vorig jaar drongen veel leraren en ouders – met succes – aan op sluiting van scholen, terwijl de overheid ze wilde openhouden.
De meeste beperkingen zijn nog van kracht, na een verlichting van de lockdown in de zomer. Wel zijn de basisscholen sinds 8 februari weer open; de middelbare scholen openen na een sluiting sinds najaar 2020, vanaf begin maart gedeeltelijk hun poorten. Dat geldt echter niet voor hogescholen en universiteiten.
Een nieuwe beperking is de avondklok die op 23 januari van dit jaar inging en onlangs werd verlengd tot 2 maart. Aanvankelijk probeerde het kabinet via een onbekende wet het parlement te passeren, maar werd daarbij op 16 februari teruggefloten door de Haagse rechter. Vervolgens gingen beide Kamers der Staten-Generaal binnen een paar dagen akkoord met een spoedwet. Die geeft de minister van Justitie niet alleen de bevoegdheid een avondklok in te stellen, maar ook om het „vertoeven in de buitenlucht” overdag aan banden te leggen.
Als de lockdown later dit jaar wordt verlicht, zullen veel constitutionele beperkingen worden opgeheven. Dat geldt niet voor de toegenomen invloed van de (ongekozen) bureaucratie en technocratie (ministeries, gemeenten, gezondheidsdiensten, technische en wetenschappelijke centra). Deze weten veel meer over het gedrag en de gezondheid van burgers dan een jaar geleden. Voor de inmiddels miljoenen uitgevoerde testen en vaccinaties moest iedereen persoonlijke gegevens achterlaten die vervolgens soms uitlekten, zoals bij de GGD. Op zowel lokaal als rijksniveau is veel kennis vergaard over crowd control. Dat gebeurde zowel bij het vormgeven van de anderhalvemetersamenleving in de publieke ruimte en bij festivals, als bij het vroegtijdig beheersen van rellen.
Het proefevenement met vijfhonderd bezoekers in het Beatrix Theater in Utrecht, maandag 15 februari, werd gedetailleerd gemonitord. Dat leverde volgens de Nijmeegse hoogleraar infectiepreventie Andreas Voss „heel veel gedragsdata” op. „De bezoekers hebben geen enkel geheim meer voor de onderzoekers”, zei hij.
De ervaring leert, zegt de Leidse staatsrechtgeleerde Wim Voermans, dat de overheid eenmaal veroverde ruimte op burger en parlement niet meer snel teruggeeft. „Overheden die stoer optreden in crisistijd, raken daar snel aan gewend”, aldus Voermans, die vorige week een boek over besturen in coronatijd publiceerde. „Ze blijven steeds nieuwe gevaren en risico’s zien waartegen opgetreden moet worden. Het parlement moet dan toch weer een toontje lager gaan zingen. Vrijheidsrechten van burgers worden dan toch weer teruggeschroefd.”
Welke gevolgen zijn er voor de civil society als buffer tussen staat en individu?
De vrijheid van het individu krijgt niet alleen gestalte door eerbiediging door de overheid van zijn of haar constitutionele rechten. Ze wordt ook gevormd in het maatschappelijk middenveld. NGO’s volgen de overheid kritisch. Tienduizenden religieuze en geestelijke instellingen, verenigingen, organisaties, en clubs bieden zingeving, schoonheid, troost, verbinding, hulp, lol, ontspanning en gezelligheid. Daarmee geven ze vitaliteit en veerkracht aan een samenleving.
De lockdown heeft de activiteiten van dit middenveld zowel sterk beperkt als van aard veranderd. De saamhorigheid werd aangetast. Femke Sleegers die samen met Reclame Fossielvrij strijdt tegen reclames voor fossiele brandstoffen, vertelt: „Wat je mist is de actie op straat, waarbij je elkaar motiveert en versterkt, nieuwe mensen tegenkomt met wie je een onverwachte match ontdekt. Je wordt daar als beweging sterker van.”
Tijdens de digitale alternatieven verloren belangrijke, zelfs heilige momenten voor betrokkenen hun waarde. Christelijk gelovigen waren niet in staat ter Heilige Communie te gaan. Bezoekers van yoga-scholen konden niet meer, fysiek, samen intense momenten beleven zoals een gezamenlijke meditatie of het aannemen van de savasana (lijkhouding).
Initiatieven van actiegroepen werden aan banden gelegd. De eerder genoemde groep van Sleegers blies in oktober een actie tegen Shell en het ministerie van Economische Zaken af nadat de gemeente Den Haag de voorgenomen actie van strenge voorwaarden had voorzien.
Leidde de lockdown tot meer suicïdes en ernstige psychische problemen?
Op 13 september 2020, zeven uur ’s ochtends, kleedde een 87-jarige inwoner van een woonzorgcomplex in Voorburg zich aan, stopte zijn paspoort, een kammetje en foto’s van zijn kinderen in zijn zak, klom op een keukentrapje en sprong van het balkon op de negende verdieping. Uit verklaringen van familieleden, opgetekend door het AD, bleek dat de man het vooruitzicht van een tweede lockdown niet aankon.
In de eerste maanden van de pandemie, voorjaar 2020, bestonden er in medische kringen grote zorgen over mogelijke toename van het aantal suïcides als gevolg van eenzaamheid en opsluiting, met name van ouderen. Tot eind 2020 werden die zorgen nauwelijks bewaarheid. „We zagen allerlei risicofactoren toenemen”, zei Renske Gilissen , hoofdonderzoeker bij de Stichting 113 Zelfmoordpreventie, eind januari tegen de NOS. „We hielden rekening met meer zelfdodingen als gevolg van werkloosheid, eenzaamheid en financiële problemen. Maar wat we tot december 2020 hebben vastgesteld, was dat er geen toename was van het aantal suïcides.”
Wel kwamen er meer kinderen onder de 18 jaar oud op ic’s na een zelfmoordpoging, al ontbreken hier cijfers. Károly Illy, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde, lid van het Outbreak Management Team (OMT), sprak in januari in De Gelderlander van ‘een duidelijke toename’. „Het is het topje van de ijsberg van alle ellende die eronder ligt.”
Met name jongeren lopen meer rond met gedachten aan en zelfs plannen voor suïcide. Klopten januari 2019 nog zo’n driehonderd mensen aan bij 113 Zelfmoordpreventie voor hulp, een jaar later waren dat er tussen de vier- en vijfhonderd. Zeventig procent van de hulpvragers was jonger dan dertig jaar.
Klachten over depressiviteit, en problemen zoals slaapgebrek en chronische vermoeidheid, in reactie op de pandemie en de lockdown namen sterk toe. Het World Economic Forum sprak in een internationaal onderzoek van een „wereldwijde mentale gezondheidscrisis”. Lockdowns spelen daarbij een rol, maar ook angst voor het virus zelf en de gevolgen ervan voor de eigen gezondheid.
Een aparte categorie vormen de psychische gevolgen van de lockdowns voor pubers en scholieren. Die uitten zich niet alleen in hulpvragen bij artsen, maar vermoedelijk ook in experimenteel drugsgebruik. Op 3 februari berichtte het Parool over de dood van de 14-jarige Pepijn Remmers. Het ging om een als actief en sociaal omschreven jongen die volgens zijn familie zwaar leed onder de isolatie en verveling als gevolg van de lockdown. Remmers had zich teruggetrokken in een tentje, ergens op een verlaten stuk terrein in Amsterdam, en experimenteerde daar met de verslavende drug 3-MMC. Vermoedelijk werd deze drug hem fataal, in combinatie met ingeademde giftige dampen van een apparaat dat het tentje moest verwarmen.
Ook over studenten bestaan veel toenemende zorgen. Uit onderzoek van Caring Universities, een project van de Vrije Universiteit en de universiteiten van Leiden, Utrecht en Maastricht, bleek eind vorig jaar dat 52 procent van de studenten zich eenzamer voelde en 45 procent somberder was dan voor corona. Studentenpsychologen meldden een sterke groei van klachten over eenzaamheid en depressiviteit. Vooral buitenlandse studenten hebben het zwaar. De Universiteit van Groningen kondigde aan meer psychologen aan te stellen om de groei aan klachten aan te kunnen.
De klachten en zorgen gaan vooral over de eenzaamheid van de studentenkamer, vermindering van uitgaansmogelijkheden, het verdwijnen van studentenbaantjes en stagemogelijkheden, zorgen over de oplopende studieschuld en de verschraling van het (on-line) studieaanbod.
Wat betekende de lockdown voor huiselijk geweld?
Onderzoek van het Instituut Pedagogische Wetenschappen van de Leidse Universiteit wees uit dat tijdens de lockdown bijna veertigduizend kinderen, oftewel 14 op de 1.000, verwaarlozing en mishandeling meegemaakt hebben tijdens de lockdown. Dat was „significant hoger” dan voor de pandemie, aldus de onderzoekers. Meest voorkomende verschijnselen zijn verwaarlozing van het onderwijs en kinderen die getuige waren van huiselijk geweld.
Hulporganisaties als Veilig Thuis melden eind vorig jaar dat het aantal meldingen van huiselijk geweld gelijk bleef, maar het soort meldingen ernstiger werd. Dat maakte sneller ingrijpen nodig. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om een verwaarloosd kind dat slecht gekleed en op blote voeten buiten loopt in de kou, of kleinbehuisde gezinnen waar elke dag weer wordt gegild.
Het Centrum Seksueel Geweld zag het aantal meldingen van seksueel geweld afnemen. Dat vormde geen reden tot opluchting. Volgens het centrum voltrekt zich in veel woonhuizen een stille ramp. Klinisch psycholoog Iva Bicanic zei daar over: „We weten op basis van wetenschappelijk onderzoek bijna zeker dat misbruik in de huiselijke kring toeneemt als gevolg van oplopende stress. Denk aan een (stief)ouder die nu meer alcohol gebruikt en daardoor over grenzen gaat. Kinderen die door een huisgenoot worden misbruikt, hebben het nu extra zwaar. Deze jongens en meisjes kunnen nu niet naar school, niet naar sport, niet naar opa en oma. Daarmee valt voor hen een belangrijke escape weg.”
Welk effect hebben de twee lockdowns op schoolprestaties?
Met name kinderen van laagopgeleide ouders lijden onder de twee lockdowns. Door het sluiten van de basisscholen werd – twee lockdowns opgeteld – ruim drie maanden minder lesgegeven dan gebruikelijk.
De Nederlandse onderzoeker Mark Verhagen, werkend op de Britse Universiteit van Oxford, volgde de prestaties tussen februari en juni vorig jaar van driehonderdduizend Nederlandse leerlingen via het leerlingvolgsysteem in het basisonderwijs. Dat was dus zowel voor als na de lockdown van midden maart. In die tijd zag hij de vooruitgang die met name kinderen van laagopgeleide ouders boekten, volledig verdampen.
Schoolsluitingen werken een verdere groei van het analfabetisme in de hand. De groepen die daarvan het meest last ondervinden, zijn ook oververtegenwoordigd in de groep ongeletterden.
Over de gevolgen voor de prestaties van middelbare scholieren, zijn nog weinig harde gegevens. Te verwachten valt dat die erop achteruitgegaan zijn, doordat frequentie en vaak ook kwaliteit van lessen afnamen. Zowel leraren als scholieren zelf maken zich veel zorgen over de motivatie van leerlingen. Minister Arie Slob (Onderwijs, ChristenUnie) zei onlangs dat veel meer kinderen dit jaar misschien blijven zitten.
Er is overigens ook goed nieuws. Met extra inspanningen valt een belangrijk deel van de geleden schade te repareren, zeggen deskundigen zoals Mark Verhagen uit Oxford, mits dat gericht gebeurt, bij de kinderen die het nodig hebben. Dat kan via bijles, verlengde lesdagen en/of het organiseren van zomerscholen. Op 17 februari stelde het kabinet hiervoor een omvangrijk, eenmalig pakket van 8,5 miljard euro beschikbaar voor scholen in het basis- en voortgezet onderwijs.
De prestaties van studenten leden volgens het ministerie van Onderwijs niet onder eerdergenoemde mentale problemen. Integendeel, november vorig jaar meldde het ministerie dat er in het voorjaar juist meer studiepunten in het hoger onderwijs waren behaald dan in het voorjaar van 2019. Mogelijk komt dit doordat studenten weinig anders te doen hadden.
Wat zijn de financiële en economische gevolgen van de lockdowns?
De massieve overheidssteun voor het bedrijfsleven (75 miljard euro), teruggelopen belastingontvangsten, de sterk gestegen kosten van de ziekenzorg (oplopend tot zo’n 5 miljard) en omvangrijke herstelprogramma’s, doen de staatsschuld groeien tot bijna 500 miljard euro. De economische groei die begin vorig jaar was voorzien, veranderde in een krimp van 3,8 procent. Het baanverlies in 2020 en 2021 schatte het UWV in januari 2021 in op 189.000. Met name jongeren zzp’ers en flexwerkers werden de dupe. Ook zal het tot nu laag gebleven aantal faillissementen versneld groeien, is de verwachting.
De macrocijfers mogen dramatisch ogen, de Nederlandse economie is te gezond en de positie van de staat te kredietwaardig om direct voor grote problemen te zorgen, zegt Arnoud Boot, hoogleraar financiële markten en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. De echte economische schade ligt volgens hem elders. „Dat is schade aan onze toekomstige productiviteit. Bedrijven en personeel zijn in een slaapstand gebracht. Aan onderzoek en ontwikkeling wordt veel minder gedaan. Onderwijsinstellingen, van vmbo tot en met universiteiten, zitten dicht. Het carrièrepatroon van veel werknemers, vooral belangrijk tussen je 30ste en 40ste, is in de houdgreep genomen.”
Al even onzichtbaar is de groeiende ongelijkheid, zegt Boot, bijvoorbeeld tussen mensen in loondienst en zzp’ers die veel opdrachten misliepen .„De verhouding tussen haves en have-nots komt op scherp te staan. Dat trekt een maatschappij uit elkaar, geeft onrust, waardoor een deel van het menselijk potentieel voor samenleving en economie niet wordt benut.”
Het vooruithelpen van jonge werknemers, vernieuwing van produktie, het aanboren van nieuwe markten en versterking vanresearch and development, verdienen daarom straks absolute prioriteit, zegt Boot. Ook moet volgens hem voorkomen worden dat de massieve overheidsleningen als een molensteen om de nek van bedrijven blijven hangen.
Welke (niet-beoogde) positieve effecten had de lockdown?
Het sterkste, onbedoelde, effect van de lockdown was misschien wel de vermindering van de CO2-uitstoot. Doordat het meeste vervoer in het voorjaar stil lag, werden er veel minder schadelijke stoffen uitgestoten. Volgens een schatting van het vakblad Nature (oktober) was de vermindering in de eerste helft van 2020 bijna 9 procent. Het ging om de grootste terugval sinds de Tweede Wereldoorlog. Doordat de uitstoot in de tweede helft weer aantrok, kwam het totaal uit op een vermindering van ongeveer 7 procent. Om de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs te halen, zou zo’n reductie van 7 procent overigens elk jaar nodig zijn, tot 2030.
Verder kwam er een enorme versnelling van onderzoek, goedkeuringsprocedures en de productie van vaccins. Zowel het virus als de lockdown legden een enorme druk op de farmaceutische industrie. Binnen een jaar kwamen er vaccins. De meeste bleken ook nog eens zeer effectief.
Daarnaast namen terrorisme en (bepaalde vormen van) criminaliteit substantieel af. Islamitische Staat, verantwoordelijk voor veel bloedige aanslagen in Europa in de periode 2014-2018, ried zijn aanhangers om gezondheidsredenen af naar „ongelovig” en „door de gesel Gods gestraft Europa” te reizen. Ook waren er door de lockdowns nauwelijks doelwitten meer zoals grote groepen mensen, aldus terrorismebestrijder NCTV.
In Nederland zelf waren er in 2020 naar schatting van verzekeraars dertigduizend inbraken minder, het laagste aantal in zeker tien jaar en 22 procent minder dan het jaar ervoor. Daartegenover zag wel het fenomeen ‘coronacriminaliteit’ het licht. Oplichterij met mondkapjes en vaccins, alsmede datadiefstal bij de GGD, ontwikkelden zich tot nieuwe vormen van criminaliteit.
Tot slot vlakte de bevolkingsgroei van Nederland af. Dat verlaagt wellicht de druk op de woningbouw, infrastructuur en natuurgebieden. Volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek was de omvang van de immigratie vorig jaar ongeveer 58.000 personen kleiner dan in 2019. Bovendien overleden er in 2020 meer mensen dan er geboren werden.
Correctie (26 februari 2021): aanvankelijk werd vermeld dat de avondklok is verlengd tot 2 maart. Dat is gecorrigeerd naar 15 maart.
Wil je meer weten over dit onderwerp?
Kijk op: https://www.dinekevankooten.nl/tag/politiek/
Voor een overzicht kijk op: https://www.dinekevankooten.nl/archief/overzicht-great-reset-corona/