Truus van der Kaaij – heilige huwelijk
Dineke van Kooten sprak Truus van der Kaaij op maandag 15-10-2018 aan haar eetkamertafel in haar huis te Heiloo.
Truus van der Kaaij verzorgt workshops en lezingen, en werkt aan diverse projecten. Tijdens haar studie voor Specialist in Gifted Education (ECHA, European Council for High Ability) ontdekte ze in 2002 de persoonlijkheidstheorie van Dabrowski en droeg die sindsdien uit. Nu schrijft ze een boek hierover, toegelicht vanuit de antroposofie.
Truus was docententrainer bij InHolland ‘Hoogbegaafdheid Realiseren’ en gaf oudercursussen en advies aan scholen (VO) over de begeleiding van hoogbegaafden. Ze had haar eigen coachpraktijk en leidde de Zomer Academie voor volwassen hoogbegaafden. Ze is medeoprichter van de maatschap Leren Filosoferen.
In het begin van haar carrière was ze docent Engels, docent Special Needs, remedial teacher/intern begeleider en dyslexie-specialist.
In dit artikel:
– Psychologie (Dabrowski)
– Antroposofie
– Man-Vrouw
– Liefde
– Relaties
– Seksualiteit
– Heilige Huwelijk
– Literatuur
Heilige Huwelijk
Er bestaat geen algemeen, voor iedereen geldend ideaalbeeld van het huwelijk. Maar partners kunnen dit wel met zijn tweeën binnen hun relatie ontwikkelen en proberen te formuleren. Ideaalbeelden hebben te maken met hogere doelen – hogere doelen waaraan je binnen het huwelijk bijdraagt.
Een eerste ideaal is om vredevol en in liefde samen te leven. Wanneer een echtpaar probeert vredevol en in liefde samen te leven, dan werkt het in het klein iets uit waar ‘het grote geheel’ (de wereld, de volkeren en de naties) behoefte aan heeft. Het liefdevol samenleven heeft zijn uitwerking naar het grote geheel, zeker als we naar de toekomst kijken. Een geslaagd huwelijk is dan niet alleen een voorbeeld, maar ook een bouwsteen voor de toekomst van het samenzijn op wereldniveau. Zo’n huwelijk is een bouwsteen, het echtpaar bouwt in feite mee aan de ontwikkeling van de aarde. Dit reikt verder dan de bloedband en de samenwerkingsgroepen die we van vroeger kennen – de families, de stammen, enzovoorts – zo’n bouwsteen ligt meer op het individuele en het geestelijke vlak. We zouden het zelfs een scholingsweg kunnen noemen. Men overstijgt zijn/haar eigen beperktheid ten behoeve van het grote geheel. En engelen kunnen daarin werkzaam zijn en de mens ondersteunen. Dat is mooi, want dan komen geest en aarde weer samen en dan werken we aan de toekomst, de mens bouwt daaraan mee. Geestverwantschap is in dit geval belangrijker geworden dan bloedverwantschap.
Een volgend ideaal in dit heilige, optimale huwelijk is: om te proberen tegenstellingen te overwinnen. Dat men toegroeit naar een androgyn zijn, waarin men het voorbeeld van de ander en het zijn van de ander in zichzelf probeert te ontwikkelen, waardoor via die androgynie de scheiding in lichamen wordt opgeheven. Als eerste is in deze opheffing van de scheiding tussen man en vrouw het psychische van de mens aan de beurt, man en vrouw reiken uit naar elkaar en ontdekken elkaars wezen dieper. Daarna vindt opheffing op het gebied van de levenskrachten plaats en uiteindelijk, dus heel ver in de toekomst, zal de opheffing ook in het lichamelijke werkelijkheid worden. De geesteswetenschap leert ons dat er weer androgyne mensen zullen ontstaan die op een heel andere manier zullen procreëren.
Aldus heeft het ideaalbeeld van het overwinnen van tegenstellingen, van het overwinnen van onze eigen beperktheid, een aspect van een veel groter ideaal voor de toekomst.
Huwelijkspartners kunnen samen de spiritualiteit oppakken, zegt Truus. Dat is niet alleen vruchtbaar voor het huwelijk – het heeft zijn uitwerking op heel lange termijn, dus het spirituele, de religie is een voedingsbron voor het slagen van het huwelijk op lange termijn. Maar omdat men dit dat pas na dertig of veertig jaar kan merken, heeft men niet in de gaten dat het zo werkt. Men zoekt een mogelijke verklaring voor een succesvol huwelijk niet meer op het terrein van gedeelde spiritualiteit. Maar het spirituele is een kans, een mogelijkheid, een bron binnen het huwelijk. Als de spiritualiteit geen rol krijgt in een huwelijk, vervlakt alles. Dan werken we mee aan het vervlakken en misschien zelfs het verval van de hele mensheidsontwikkeling.
Spiritualiteit in een relatie hoeft overigens niet te betekenen dat er voor beide partners slechts één levensbeschouwing bestaat. De geest moet vrij zijn en daarbij hoort geen dwang.
Spiritualiteit betekent dat we ons bewust zijn van ‘de andere kant’, van een geestelijke wereld; dat we ons bewust zijn van het hogere, waartoe moraliteit behoort. Dat we weten dat er meer is dan we nu in het fysieke kunnen waarnemen. Alle wetenschap die alleen op het terrein van het fysieke waarneemt en beschrijft, sluit niet een geestelijke wereld in en is dus slechts betrekkelijk. Kwantummechanica sluit dit wel in.
Het geestelijke inzicht levert een behoorlijk aandeel in het heilige huwelijk. Het is het inzicht om met elkaar en door elkaar alle facetten van het huwelijk een plaats te geven en dat gezamenlijk te willen en daarnaar te streven. En elkaar daar op een liefdevolle manier aan te houden. Dat is voor mij nog steeds een ideaal. Dat partners elkaar vinden op dat gebied en vanaf dat moment samen bouwen aan het zelf-overstijgende. Misschien gaat het zelfs zo ver dat je mag zeggen dat er op den duur geen menswaardige relatie meer zou zijn als de geest er niet bij betrokken wordt.
Zoals we bij de seksualiteit net zagen, namelijk als die gevoelens er niet bij betrokken worden, dan wordt seks bijna gereduceerd tot een dierlijke daad. Dus een relatie zou, als alleen het fysieke telt, betrekkelijk zijn, ‘de kleur’ van iets consumptiefs krijgen.
Het heilige zit hem er ook in dat we binnen het huwelijk oefenen aan het vermogen om alles lief te hebben. Bij Michelangelo zagen we dat vermogen om alles lief te hebben. Het lukte hem niet om de liefde die hij wilde vormgeven, vorm te geven in een huwelijk met een vrouw. Dan lijkt het misschien dat het hem niet lukte om de liefde één op één vorm te geven. Maar hij oversteeg de één-op-één relatie omdat hij al zo rijp was en zoveel liefde had ontwikkeld, dat hij alles liefhad. Hij had omvangrijker lief, op een veel groter gebied dan alleen op het kleine, individuele gebied in een huwelijk.
En dat is wat Dabrowski niveau vijf van zijn theorie noemt, vertelt Truus. Nu komen we ook bij die toekomstige gemeenschappelijk verenigde mens (de ook mannelijke vrouw, en de ook vrouwelijke man), die alles liefheeft. Dat mogen we nu al oefenen. En dan is de vraag of we nog getrouwd willen zijn, want elk wezen heeft dan de volledige liefde voor ‘al het andere’ in zich. Dan vervalt uiteindelijk al het duale dat we nu nog kennen. Maar nu nog niet, voorlopig zijn er eerst nog heel veel stappen te zetten en valt er nog veel te groeien.
Al doende groeien we. Als we ouder worden, kunnen we de kennis die we met ons mee hebben gedragen, verwerken en internaliseren. Bijvoorbeeld door het schrijven van memoires, het vertellen van verhalen. Het is van ons, we hebben het ons eigen gemaakt, we zijn er rijker van geworden en het is onderdeel geworden van onze persoonlijkheid. Vervolgens mogen we uitdelen. Dat wat we hebben verworven, mogen we uitdragen. Alles wat we bewust verwerkt hebben, blijft bestaan en daarmee voeden we de geestelijke wereld.
Verder lezen in dit interview met Truus van der Kaaij:
– Psychologie (Dabrowski)
– Antroposofie
– Man-Vrouw
– Liefde
– Relaties
– Seksualiteit
– Heilige Huwelijk
– Literatuur