Een psalm van een verloste
Danklied van een verloste.
Ik heb de HEERE lief,
Want Hij hoort mijn stem, mijn smeekbeden;
Ook het kinderstemmetje dat jammert in mijn hart.
Banden van de dood omknelden mij,
Doodsangsten grepen mij aan;
Ik voelde angst en pijn.
Toen mijn moeder stierf
En ik twee en een half jaar oud was.
Mijn gejammer werd tenslotte het zwijgen opgelegd:
Huilen helpt niet, toch?
Ik raakte verward vanwege mij verloren voelen,
Mij geen raad weten, grote angsten.
Ik vond geen nieuwe eigen moeder.
Mensen stelden teleur.
Ik was bang om mij te binden.
Tot de Heer mij een liefhebbende man gaf.
Ik was zo bang hem weer te verliezen,
Evenals onze kinderen.
Er woonde zoveel angst in mij.
Toch is de HEERE genadig en rechtvaardig,
Onze God is een Ontfermer.
De HEERE bewaart de eenvoudigen;
Ik was uitgeput, maar Hij heeft mij verlost.
Jaren is er voor mij gebeden
voor genezing van mijn jeugdtrauma.
Keer op keer gaf Hij mij kansen:
Ik kreeg inzicht in mijn probleem.
Vorig jaar heb ik meer gerouwd
En ben ik verlost van veel angsten.
Dit jaar heeft de Heer mij verder verlost
Van versmelting met mijn man, kinderen en met anderen.
Ik word meer mezelf, een vrijer mens.
Mijn ziel keert terug tot zijn rust,
Want de Heer is goed voor mij geweest.
Ik ben een zeer geliefde dochter van de HEERE!
In Hem zijn al mijn bronnen,
Want alles wat van Hem is, is van mij
En wij zijn altijd samen.
Ja de Heer is goed voor mij geweest.
Hij heeft mijn ziel gered van de dood,
Mijn ogen van tranen, mijn voet van struikelen.
En Hij zal het weer en weer doen.
Ik zal vrij wandelen voor het aangezicht van de HEERE
In de landen van de levenden.
Ik heb geloofd en daarom spreek ik.
Ik houd niet langer bevreesd mijn mond.
Ik neem mijn eigen beslissingen en uit mijn eigen mening.
Ik heb oprechter lief.
Halleluja!
02-04-2012