Kritisch controleren van de regering
Na zijn verkiezing tot lid van het Lagerhuis draaide de Brits-Ierse politicus Edmund Burke (1729-1797) er tegenover zijn kiezers in het district Bristol niet omheen. Hij ging naar Londen om het algemeen belang te dienen, niet de belangen van Bristol. Hij beloofde die belangen ernstig te wegen, maar hij zou zich laten leiden door wat naar zijn overtuiging en geweten het beste was voor het welzijn van de gehele natie.
Burke wilde zich, kortom, niet van zijn kiezers vervreemden, maar wenste niet aan hun leiband te lopen. Zijn woorden zijn nog altijd een standaard voor het ambt van volksvertegenwoordiger: onafhankelijk en onbaatzuchtig besluiten met niets dan het algemeen belang voor ogen. Als er een Edmund Burkeprijs bestond, zou het CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt die nu zonder twijfel winnen vanwege zijn rol in het blootleggen van het toeslagenschandaal.
auteur: Hans Goslinga
datum: 14 februari 2021
website: https://www.trouw.nl/politiek/kritisch-controleren-van-de-regering-is-allang-niet-meer-normaal~b13e92d5/
Omtzigt deed in de grond iets wat voor een Kamerlid normaal moet zijn, het kritisch controleren van de regering. Helaas is het coalitiemonisme in de afgelopen veertig jaar zo doorgeschoten in het beheersen der dingen, dat het allang niet meer normaal is. Met geen regel uit de Grondwet wordt zo stelselmatig de hand gelicht als de regel dat een Kamerlid besluit zonder last. Typerend is de waarschuwing die een vooraanstaand PvdA-Kamerlid ten tijde van Kok gaf aan een fractiegenoot die afwijkend wilde stemmen: “Je kunt maar één keer de dorpsgek uithangen”.
De geest van Burke is in Den Haag ver weg. Dat Omtzigt die nu heeft teruggebracht, is voor een deel te danken aan zijn karakter en parlementaire ervaring, maar voor een belangrijk deel ook aan zijn mandaat. Omtzigt veroverde in 2017 met bijna honderdduizend voorkeursstemmen volledig op eigen kracht zijn Kamerzetel. Aanzienlijk meer nog dan in 2012, toen hij, door zijn partij op een onverkiesbare plaats gezet, dankzij een voorkeursactie ook op eigen kracht een zetel veroverde. Door het persoonlijke mandaat voelde hij zich vrijer in zijn opereren, zonder de loyaliteit aan zijn fractie op het spel te zetten of louter voor de belangen van de regio Twente op te komen.
Dat voorbeeld kan vaart geven aan het wetsvoorstel van de regering de voorkeursdrempel helemaal te slechten. Het betekent dat de partijen nog wel de kandidaten selecteren, maar dat de kiezers meer invloed krijgen op de samenstelling van de fracties. In Den Haag gaan hervormingen traag, zodat het nieuwe regime nog niet geldt bij de Kamerverkiezingen op 17 maart. Jammer, want het voorstel is een stap in de goede richting, omdat het een middenweg zoekt tussen partij- en kiezersmacht, tussen indirecte en directe democratie.
Televisie als partij
Een blik over de plas laat zien wat het betekent als een partijendemocratie zo goed als verdwijnt. Het had maar weinig gescheeld of Amerika was veranderd in een egocratie. Die dreiging is nog altijd niet helemaal verdwenen, nu de Republikeinse partij feitelijk is overgenomen door Donald Trump. De oud-president heeft nog zo veel macht dat er onder de Republikeinse Congresleden weinig Burkes zijn te vinden – ofschoon er in Washington een beeld van deze politicus staat.
In de Verenigde Staten was de betekenis van de partijen al afgenomen door de opkomst van de primaries, de directe voorverkiezingen vanaf de jaren zestig. De partijmacht verschoof schijnbaar naar de kiezers, maar in werkelijkheid naar oncontroleerbare krachten, zoals bedrijven, lobbyisten, opiniepeilers en commerciële media. In de beklemmende tv-serie The Loudest Voice (nog terug te zien op NPO-plus) zegt Roger Ailes, tussen 1996 en 2016 baas van de populistische zender Fox News, dat de televisie de rol van de partij heeft overgenomen. Dat was geen overdrijving.
De zender speelde een belangrijke rol bij de opkomst van de bouwer en tv-entertainer Trump. Ailes schroomde niet de feiten ondergeschikt te maken aan de kijkcijfers, die winst betekenden, en aan zijn politieke oogmerk, herstel van de blanke suprematie. De serie laat zien wat er kapot gaat als politiek een verdienmodel wordt en het oude weefsel van de politiek wordt vernietigd. Niet dat een partijendemocratie ideaal is, maar verre te verkiezen boven de ‘schunnige verwoesting’ die directe democratie meebrengt.
In de Republikeinse partij is de politiek teruggebracht tot de vraag of je voor of tegen Trump bent. In onze meerpartijendemocratie bedreigt horigheid aan de coalitie een democratisch gezonde politiek. De geest van Burke is hard nodig. Piet de Visser, het PvdA-Kamerlid dat eind jaren tachtig de stoot gaf tot de paspoortenquête, zei het zo: “Ik krijg geen Wilhemusgevoel van het Kamerlidmaatschap, maar ik vind het een hoge baan. Ik zit daar voor 14 miljoen mensen de regering op de vingers te kijken en op te letten of die mensen niet worden bedonderd.”
Hans Goslinga schrijft elk weekend een beschouwing over de staat van onze politiek en onze democratie. Lees ze hier terug.