Pieter Omtzigt: ‘Er woedt een vulkaan in mij’
Dossiertijger, tegenmacht, burgerheld, running mate. En nu ook Volksvertegenwoordiger van het Jaar, vindt HP/De Tijd. CDA-parlementariër Pieter Omtzigt wil terug naar de menselijke maat in Nederland. ‘De top van de Belastingdienst heeft de kluit volstrekt belazerd!’
We spreken af op Hof Espelo, een oogstrelend Twents landgoed, met eeuwenoude lanen en grazige weiden. In de verte ruist de Eschbeek en kwinkeleert de bonte specht. Het is een mooie herfstdag vandaag: droog en niet te koud. En hier, in de ‘achtertuin van Enschede’, is altijd iets te zien: picknickende vrouwen bij het oude koetshuis, voorbijschietende reeën en een oplegger met verrijdbaar toilet.
auteur: Willem Pekelder
datum: 2 november 2020
website: https://www.hpdetijd.nl/2020-11-02/pieter-omtzigt-er-woedt-een-vulkaan-in-mij/
Maar nog geen Pieter Omtzigt, Tweede Kamerlid van het CDA. Zijn vertraging biedt ruimte om te overdenken wat een ingewijde van het CDA me pas vertelde. Dat Omtzigt een redelijk briljante man is: studies gevolgd aan Europese topuniversiteiten in Exeter en Rome. En op zijn 29ste al gepromoveerd in de econometrie. Dat achter zijn rationele uitstraling van dossierspitter heel wat emotie schuilgaat. Ja, dat hij zelfs een tamelijk romantische ziel is.
Op een zondag enkele weken geleden lunchte ik met een andere welingelichte bron. Die zette grote vraagtekens bij de rommelig verlopen lijsttrekkersverkiezing van de christendemocraten, waarbij Hugo de Jonge ten slotte met een nipt verschil won van zijn later tot running mate uitgeroepen collega Pieter Omtzigt (50,7 tegen 49,3 procent). Gemanipuleerde verkiezingen, zo hoorde ik, waarbij oud-partijvoorzitter Marja van Bijsterveld zelfs tijdens het stemmen nog digitaal mocht oproepen om voor De Jonge te kiezen. Er zou bovendien geen reglement zijn.
Daar komt Pieter Omtzigt aangefietst, 46 jaar oud, Twentenaar sinds zijn vierde. Gekleed in spijkerbroek en gympen plaatst hij zijn rijwiel tegen een boom, en verontschuldigt zich. De ontbijtshow Goedemorgen Nederland, waar hij hedenochtend te gast was, liep uit. Om vijf uur was hij al opgestaan om op tijd met de auto in Hilversum te zijn. De laatste afspraak deze vrijdag zou om zes uur ’s avonds zijn. En de volgende dag alweer als running mate naar het veertigjarig bestaan van het CDA. Een razend druk leven als parlementariër. Soms knaagt het schuldgevoel: te weinig tijd voor zijn vrouw en vier dochters.
Als troost vertel ik dat HP/De Tijd hem heeft uitgeroepen tot Volksvertegenwoordiger van het Jaar. Vanwege zijn niet-aflatende inzet voor de burger, bijvoorbeeld in de kinderopvangtoeslagaffaire, en vanwege zijn grote dossierkennis en waarheidsliefde. Een onafhankelijk parlementariër die, als het moet, ook tegen het partij- en coalitiebelang durft in te gaan. Hartelijk lachend neemt Omtzigt zijn kersverse bekroning tot zich. “Kamerlid van het Jaar. Mooi.”
We verlaten het voormalige koetshuis en betreden het landgoed. Kuierend tussen de kastanje- en eikenbomen vertelt Omtzigt dat Enschede gebouwd is door fabrikanten, die tevens grote parken aanlegden. “Mijn dochters komen er graag skaten of tennissen. Enschede is, dankzij de fabrikanten, een van de groenste steden van Nederland. Zelf wandel ik hier zo nu en dan om mijn hoofd leeg te maken, bijvoorbeeld tijdens de corona-lockdown.”
In Twente, vanouds een katholiek CDA-bolwerk, kent men het noaberschap: omzien naar elkaar. Omtzigt zegt dat het in kleinere gemeenschappen zelfs min of meer contractueel is vastgelegd: bij overlijden regelen we de uitvaart voor elkaar. “Men organiseert zijn eigen verbanden en sociale zekerheid. Dat vind ik zeer waardevol. Het is ook een echte CDA-gedachte: dat wat de samenleving zélf kan niet door de overheid laten verstoren met stapels wet- en regelgeving. Gemeenschapszin gaat voor het CDA boven verstatelijking of vermarkting, omdat warme, nauwe banden tussen burgers van grotere waarde zijn dan door de overheid opgelegde verplichtingen of de kilte van de markt. Daarom zal ik altijd in de bres springen voor kleine scholen. Zíj zijn de toekomst van een gemeenschap.”
Heeft het CDA niet volop meegewerkt aan schaalvergroting, de overheid op afstand, privatisering en marktwerking? Zelfs zodanig dat de burger zich nu wanhopig afvraagt: wie houdt zich in hemelsnaam nog met onze belangen bezig? Omtzigt: “Ja, daar hebben we aan meegewerkt, klopt. Maar we zitten nu alweer een aantal jaren op de lijn dat we de samenleving en de menselijke maat vooropstellen. Marktwerking is passé, dat vinden zelfs VVD en D66.”
Omtzigt is ervan overtuigd dat het gemeenschapsdenken nog altijd past in de moderne maatschappij. Bij het woord ‘geïndividualiseerd’ krult zich een glimlach rond zijn lippen. “Mensen verlangen terug naar pensioenfondsen en woningbouwverenigingen die van en voor de gemeenschap zijn. Hier in Twente begon Stork ooit met een pensioenregeling voor weduwen en wezen. Later werd dat een oudedagsvoorziening. Nu merken mensen dat fondsen en corporaties niet meer van hen zijn. Maar let op: daar waar markt en overheid falen, pikt de gemeenschap oude taken op. Kijk naar de Voedselbanken. Je ziet het ook aan hoe mensen elkaar helpen in de coronacrisis. Ze doen boodschappen voor elkaar en zien naar elkaar om.”
Maar gaat die heropleving van gemeenschapszin ook gelijk op met een wederopbloei van het CDA, dat in tien jaar tijd is gehalveerd? Voormalig rechterhand van Ruud Lubbers, Jan Schinkelshoek, zei begin oktober in Trouw niet te weten waar de jubilerende partij nog voor staat.
Omtzigt: “Ik heb dat niet gelezen. Wat mij betreft toont het CDA wel degelijk gezicht. Bijvoorbeeld door zich in te spannen voor voldoende kansen voor jongeren. Zij hebben nauwelijks perspectief op een vaste baan. Op een studieschuld des te meer.
“Ja, ik weet dat Jesse Klaver elke achttienjarige tienduizend euro wil geven als startkapitaal. Het doet een beetje denken aan de duizend euro van Rutte – die nooit iemand heeft gekregen – met nog een nulletje erachter. Het is een van de grootste U-bochten die ik de afgelopen jaren in de Nederlandse politiek heb gezien. Zihni Özdil moest vorig jaar nog GroenLinks uit omdat hij van het leenstelsel, dat zijn eigen partij had ingevoerd, af wilde, en nu ruilt Klaver het zelf in voor zijn tienduizend euro weggeefgeld.
“Nog afgezien van de louter economische insteek van dat plan – alsof je alles oplost met een zak geld – vraag ik me af: wat moet je met tienduizend euro als je vijftien jaar op een woning moet wachten? Onder het regime van de marktwerking is de volkshuisvesting een fiasco geworden. Een alleenstaande verpleegkundige met een vast contract kan in de grote stad geen woning vinden. We zullen nieuwe huizen moeten bouwen, en daar zal af en toe een veldje voor moeten sneuvelen, kan ik GroenLinks verzekeren.”
Een ander punt waar het CDA zich in de ogen van Omtzigt voor moet inzetten is het herstel van de rechtsstaat. Begin oktober hield hij een lezing voor de Stichting voor Sociale Christendemocratie, waarin hij EU-lid Malta als schrikwekkend voorbeeld noemde. Daar werd drie jaar geleden Daphne Caruana Galizia vermoord, de enige kritische journalist op het eiland. Ze haalde tal van overheidsschandalen boven water. Zo’n liquidatie gebeurt in Nederland niet, maar we moeten er volgens het Kamerlid wel voor waken dat we niet net als Malta een papieren rechtsstaat worden.
En daarmee doelt Omtzigt natuurlijk vooral op de tienduizenden gedupeerden in de kinderopvangtoeslagaffaire, die hij samen met zijn SP-collega Renske Leijten in de Kamer behandelt. Ouders werden ten onrechte van fraude beschuldigd en moesten grote bedragen terugbetalen aan de Belastingdienst. Mensen raakten hun huis kwijt, hun baan, hun huwelijk, het gezag over hun kinderen of alle vier.
Omtzigt: “In Malta heb je door vriendjespolitiek alleen schijndemocratie en schijntoezicht overgehouden. Zonder buitenlandse druk was er nooit een onderzoek naar die moord op gang gekomen. Gaan we Malta achterna? Laat ik het zo zeggen: we gaan de gevaarlijke kant op dat instituties niet meer weten waarvoor ze bestaan, en niet onafhankelijk genoeg zijn van de regering. Daardoor trekt de burger uiteindelijk aan het kortste eind. Maar ook de werknemer. Dat zien we bij de Belastingdienst. Iedereen die intern protesteerde tegen de behandeling van de ouders wist dat zijn carrière gevaar liep.
Het ergste was: de Belastingdienst hield zich structureel en systematisch niet aan de wet. Er werden zwarte lijsten aangelegd van honderdduizend burgers, waar gedupeerden vervolgens geen inzage in konden krijgen. De Belastingdienst loog tegen de Nationale Ombudsman en tegen de Autoriteit Persoonsgegevens, en die leugens zijn nooit rechtgezet. Verder heeft de Belastingdienst in de rechtbank onvolledige dossiers op tafel gelegd. En geen van genoemde instituties trad uiteindelijk tegen de dienst op, terwijl burgers ondertussen volledig werden vermalen. De top van de Belastingdienst wist donders goed wat er mis was, maar heeft zo lang mogelijk geprobeerd zijn fouten te verdoezelen, in een maalstroom van spindoctors en voorlichters. Ook de pers heeft steken laten vallen, Trouw en RTL Nieuws uitgezonderd. Het kabinet erkent nu pas dat er een probleem zit in onze rechtsstaat. Eindelijk.
“Wat ik in Den Haag vaak mis, is de wil om gezinnen te verheffen uit hun materiële nood, wat vroeger zo mooi stond afgebeeld op posters van de KVP (de Katholieke Volkspartij, een voorloper van het CDA – WP). Die verheffing is de kerntaak van de overheid. Wanneer middenpartijen als CDA en PvdA die opdracht laten liggen, verliezen ze hun bestaansrecht. Veel mensen denken dat Nederland af is. Onzin. Nederland is helemaal niet af. Verre van dat.”
Er is volgens de CDA-parlementariër een nieuw sociaal contract nodig met de burger. “Het contract tussen samenleving enerzijds en overheden en bedrijven anderzijds is op meerdere plekken aan hevige erosie onderhevig. Om dat te verhelpen moet de overheid niet alleen de instituties van de rechtsstaat herstellen, maar ook onafhankelijk toezicht regelen en transparantie. Als je transparant bent, straal je zelfvertrouwen uit. Je bent niet bang te laten zien wat je doet en zelfs dat je fouten maakt. Wat bedrijven aangaat: ze zijn soms machtiger dan staten. Daardoor kunnen ze zich onttrekken aan nationale belastingwetten en -verantwoordelijkheden. Het lokale café op de hoek betaalt meer belasting dan een multinational als Starbucks. Een staat mag, moet zelfs, ordenend optreden ten opzichte van het bedrijfsleven. En dat is wat anders dan wat de Belastingdienst een jaar of zes geleden, verdedigd door de staatssecretaris, deed in Oekraïne. Daar werden, met behulp van onze ambassade, oligarchen verleid zich te vestigen op de Zuidas, omdat ze daar zo mooi de belastingen konden ontwijken. Zulke overheidsacties zijn uiterst corrumperend voor de moraal.”
Als er niets verandert aan het ‘louter sturen op management, en de burger op afstand zetten’ is het niet ondenkbaar, zo vreest Omtzigt, dat de maatschappelijke onvrede in Nederland tot een revolutie leidt. In genoemde lezing haalde hij de politiek filosoof Alexis de Tocqueville aan die een schamperend Frans parlement begin 1848 voor zo’n revolutie waarschuwde. Een maand later was het zover: de Februarirevolutie van 1848. Omtzigt: “Dáárom kaart ik steeds maar weer de maatschappelijke problemen aan in Nederland, en probeer ik bij te dragen aan een oplossing. Juist om een opstand te voorkomen.”
Afgelopen juni ontplofte Omtzigt in de Tweede Kamer toen bleek dat de regering de commissie-Donner, die onderzoek deed naar de toeslagenaffaire, onvolledig had ingelicht. “We zitten hier Sherlock Holmes te spelen. Ik ben witheet,” riep hij. Omtzigt: “U heeft gelijk, er woedt een vulkaan in mij. Vergeet niet dat ik heel veel contact heb met wanhopige ouders die van het kastje naar de muur worden gestuurd. En als dan een jaar later blijkt dat er gewoon een document is waarin staat wat het probleem is en hoe het kan worden opgelost, ja, dan word ik razend. Het kabinet wist van dat document, maar deed er niets mee, en gaf het niet aan de commissie-Donner. De regering lapte de grondwet aan haar laars, omdat ze stukken voor de Kamer achterhield.”
In juli streed Omtzigt samen met vicepremier Hugo de Jonge om het lijsttrekkerschap van het CDA, omdat hij, naar eigen zeggen, een ‘mooie, inhoudelijke agenda’ heeft. De stemmingen verliepen rommelig. Er was hackgevaar geconstateerd, waarna een nieuwe ronde volgde. Ten slotte bleek dat kiezers werden bedankt voor een stem op kandidaat X, terwijl ze op Y hadden gestemd. “Het ging om negen mensen,” zegt Omtzigt, “onder wie mijn eigen vrouw Ayfer, die werd bedankt voor haar stem op Hugo de Jonge. Er is een intern onderzoek geweest, waarvan de conclusie was dat er niet zodanige fouten zijn gemaakt dat de uitslag anders had kunnen luiden dan: Hugo heeft gewonnen. Ja, ik ga ervan uit dat dat onderzoek klopt, maar het staat voor mij wel vast dat we zo’n stemming een volgende keer veel beter moeten aanpakken. Het klopt, er was geen reglement over hoe we met onenigheid rond de digitale uitslag moesten omgaan. Ook dat moet er een volgende keer wél zijn. Of ik met Hugo goed kan opschieten? Jazeker, redelijk goed.”
Vond het partij-establishment het wel oké als de eigenzinnige Tukker lijsttrekker zou worden? Oud-fractieleider Sybrand van Haersma Buma sprak zich meteen uit voor De Jonge en voormalig partijvoorzitter Marja van Bijsterveld lanceerde tijdens de stemmingen nog een YouTube-filmpje om haar liefde voor de CDA-kroonprins uit te spreken. Omtzigt reageert dat iedereen het recht heeft om de kandidaat van zijn of haar keuze vooruit te helpen. “Ik zie dat niet als manipulatie. Sterker, ik voel me zeer gesteund, onder anderen door Wopke Hoekstra en Mona Keijzer. Maar ook door velen in de achterban. En dat terwijl ik mijn campagne pas in een zeer laat stadium ben begonnen, maar daar heb ik een zeker specialisme in,” zegt hij met een knipoog.
Het Tweede Kamerlid doelt op 2012, toen het CDA Omtzigt eerst van de lijst verwijderde om hem, na druk uit Twente, vervolgens op een onverkiesbare plaats te zetten. In no time moest de politicus een voorkeursactie opzetten, waarna hij uiteindelijk met ruim 36.000 voorkeurstemmen, voornamelijk uit Twente, in het parlement werd gekozen. Is het partij-establishment niet gewoon bang voor zijn minutieuze gegraaf en gespit zonder aanzien des persoons? “Ik krijg juist ook heel veel waardering vanuit het CDA. Zo heeft de partij mij volledig gesteund toen de voormalige voorzitter van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa – een EVP’er, dus partijgenoot – na acties van mij en de SPD’er Frank Schwabe moest aftreden. De voorzitter had zich – net als ruim tien andere politici in de Raad, die eveneens moesten opstappen – met geld en giften laten omkopen door Azerbeidzjan. Daarnaast had hij de domme fout gemaakt om met een Russisch vliegtuig bij president Assad op bezoek te gaan.
“En ja, ik heb ook mijn mede-CDA’er Nout Wellink, destijds president van De Nederlandsche Bank, bekritiseerd om zijn goudgerande pensioenregeling. Die is toen, met flinke tegenzin van de DNB-directie, fors versoberd. Ik vind mijn controlerende taak als volksvertegenwoordiger veel te belangrijk om alleen aan de oppositie over te laten. Het interne toezicht, daar gaat het mis in Nederland en in een groot deel van Europa. Dat men elkaar binnen een politieke partij of binnen de Belastingdienst niet de waarheid durft te zeggen.”
Omtzigt constateert wel dat het door zijn acties niet overal even ‘gezellig’ is voor hem. Zo hebben zijn inspanningen om de moordenaar(s) van de Maltese journaliste Galizia achter de tralies te krijgen ertoe geleid dat hij niet meer onbeveiligd door dat land kan reizen. “Daarnaast heeft men heeft vanuit een ministerie aldaar geprobeerd mijn Wikipedia-pagina te veranderen.”
Zijn gedachten gaan naar Frans Timmermans van de PvdA, die zich in mei 2019 met open armen liet ontvangen op Malta, toen hij er campagne voerde voor zijn (mislukte) verkiezing tot voorzitter van de EU. Fel: “Verschrikkelijk wat Timmermans daar heeft gedaan. Die moord was net achter de rug, en dan gaat hij op pad met de sociaaldemocratische premier Muscat, van wie Timmermans weet dat zijn regering corrupt is en de rechtsstaat met voeten treedt. Hij doet daarmee zijn verhaal over mensenrechten volledig teniet. Timmermans leest alleen maar rechtse regeringen de les, zoals Polen en Hongarije, maar waarom nooit linkse? Ja, dit raakt me echt diep. Ik heb het er verschillende keren met Timmermans over gehad, maar het lijkt alsof hij niet begrijpt wat ik bedoel.”
Veel burgers hebben het gevoel dat gevestigd Den Haag niet met hen bezig is, en stemmen daarom op een populistische partij. Zijn Pieter Omtzigt en Renske Leijten gunstige uitzonderingen binnen de gevestigde politiek? Omtzigt denkt dat veel parlementariërs niet tot volle wasdom kunnen komen, simpelweg omdat ze maar zo kort in de Kamer zitten. “Dat heeft te maken met de macht van partijvoorzitters en hun entourage. Over het algemeen zijn zíj het die bepalen wie op de kieslijst komen en wie niet, terwijl het mandaat natuurlijk bij de kiezer zou moeten liggen. Verder wordt afwijkend stemgedrag over het algemeen niet erg op prijs gesteld. Joost Taverne stemde in 2015 tegen het reddingspakket voor Griekenland, waarna hij niet meer op de VVD-lijst terugkeerde. Renske en ik hebben gelukkig de kans gekregen om door te groeien. Samen zitten we dertig jaar in de Kamer. Het parlementaire werk is een ambacht dat je niet in één jaar onder de knie hebt.”
Wat voor rol speelt het geloof in het CDA? Gaat er nog weleens iemand naar de kerk? Omtzigt vindt het een te algemene vraag. “Ik kan niet voor anderen spreken, alleen voor mezelf. Ik ga zondags meestal naar de kerk, de ene keer naar mijn ‘eigen’ rooms-katholieke, de andere keer naar de Syrisch-orthodoxe van mijn vrouw. Het geloof is voor mezelf een belangrijke inspiratiebron in de politiek. Het is niet per ongeluk dat ik een boek heb geschreven over de godsdienstvrijheid in Turkije. Of dat ik als rapporteur van de Raad van Europa heb gepleit voor een gerechte straf voor de genocide die IS-strijders hebben aangericht. Maar wat gebeurt er vervolgens? Ze worden juist níet vervolgd voor genocide. Ook dat druist in tegen de rechtsstaat.”
Waar was het barmhartige CDA-gezicht na de brand in het asielzoekerskamp Moria op Lesbos? Het kabinet, dus inclusief het CDA, besloot maar honderd migranten op te nemen, en die worden dan ook nog afgetrokken van het UNHCR-quotum voor volgend jaar. Omtzigt: “Nederland komt de Europese afspraken over de verdeling van vluchtelingen gewoon na, in het geval van Moria doen we dat nu extra. Veel andere landen, op Duitsland en Frankrijk na, nemen minder mensen uit Moria op dan wij. Wat mij pijn doet is dat er alleen maar verontwaardiging lijkt te zijn als ergens tv-camera’s staan. Als je ziet hoe in Noord-Irak de slachtoffers van IS eraan toe zijn, en hoe weinig belangstelling dáárvoor bestaat. Sterker, veel Nederlanders lijken zich drukker te maken over het lot van ‘onze’ IS-strijders dan over hun slachtoffers. Die strijders moeten worden teruggehaald naar Nederland, vindt men. De veroordeelde jihadbruid Laura H. was met kerst nota bene op de tv om te praten over haar ervaringen in het kalifaat! Ik was het hartgrondig oneens met Rutte die zei: laat ze maar in Syrië sterven, dat is beter dan terugkeren. Inderdaad, ze moeten niet terugkomen, maar het was al van de zotte dat we ze überhaupt lieten uitreizen. Het zou hetzelfde zijn als de premier van Irak zou roepen: ik wil niet dat IS’ers híer moorden, maar als ze het in Amsterdam doen, is dat prima. We hebben er in wet- en regelgeving alles aan gedaan om uitreizen te bemoeilijken, maar werden daarbij vaak gedwarsboomd. En nu spreek ik me uit tegen de terugkeer van IS-terroristen, en weer ben ik een roepende in de woestijn.”
Omtzigt zou ook een ‘zachte’ kant hebben. Achter zijn huwelijk met Ayfer Koç, een christelijke vluchteling uit Zuid-Turkije, zou een romantisch verhaal schuilgaan à la My Fair Lady: studeerkamergeleerde wordt verliefd op mooie, jonge vrouw. Omtzigt: “Ja, het was heel romantisch. We kwamen elkaar voor het eerst tegen bij het CDA Enschede, waar Ayfer fractievoorzitter is…” Hij aarzelt even, schiet in de lach en vervolgt dan: “Ik ben supertrots op haar, maar wou toch maar niet mijn dates met u gaan doornemen.”
Wat hij van huis uit meekreeg was: eerlijk zijn, je hart volgen en klaarstaan voor een ander. Zijn moeder, opgeleid tot fysiotherapeute, leeft nog. Zijn vader, bij leven bisschoppelijk gedelegeerde in het aartsbisdom Utrecht, stierf anderhalf jaar geleden aan dementie, 79 jaar oud. “Ik probeerde elk weekend bij hem op bezoek te gaan in het verpleeghuis in Denekamp, soms met stukken over de toeslagenaffaire op schoot. Mijn woede-uitbarsting pas in de Kamer had ook dáármee te maken. Renske en ik zijn een jaar lang op zoek naar documenten, die de regering gewoon op haar bureau heeft liggen. Als ze die verdorie eerder bij de Kamer hadden bezorgd, waren de gedupeerde ouders sneller geholpen, had ik eens wat weekenden vrij kunnen nemen, en meer tijd met mijn vader kunnen doorbrengen! Of met mijn kinderen. Het OM heeft nog steeds geen onderzoek ingesteld naar de Belastingdienst. Dat verontrust mij zeer. Want een aantal mensen in de top van de dienst heeft de kluit volstrekt belazerd. Volstrekt!”
Wil je meer weten over dit onderwerp?
Kijk op: https://www.dinekevankooten.nl/tag/politiek/
Voor een overzicht kijk op: https://www.dinekevankooten.nl/archief/overzicht-great-reset-corona/