PSALM 121
De psalmberijming van 1773 is een nog altijd in Nederland gebruikte berijming die in 1773 op last van de Staten-Generaal in Nederland is ingevoerd, en die daarom ook wel de Statenberijming wordt genoemd. Het uitgangspunt van deze berijming vormen de melodieën van de Geneefse psalmen en de tekst van de psalmen in het Oude Testament. Ik heb ze vroeger op de zondagsschool en op de basisschool geleerd. We zongen ze thuis, bijvoorbeeld na het eten aan tafel.
Voor een overzicht van gebruikte psalmen op deze website kijk HIER
Psalm 121 (HSV)
1 Een pelgrimslied.
Ik sla mijn ogen op naar de bergen,
vanwaar mijn hulp komen zal.
2 Mijn hulp is van de HEERE,
Die hemel en aarde gemaakt heeft.
3 Hij zal uw voet niet laten wankelen,
uw Bewaarder zal niet sluimeren.
4 Zie, de Bewaarder van Israël
zal niet sluimeren of slapen.
5 De HEERE is uw Bewaarder,
de HEERE is uw schaduw aan uw rechterhand.
6 De zon zal u overdag niet steken,
de maan niet in de nacht.
7 De HEERE zal u bewaren voor alle kwaad,
uw ziel zal Hij bewaren.
8 De HEERE zal uw uitgaan en uw ingaan bewaren,
van nu aan tot in eeuwigheid.
Psalm 121 (berijmd)
Vers 1
‘k Sla d’ ogen naar ‘t gebergte heen,
Vanwaar ik dag en nacht
Des Hoogsten bijstand wacht.
Mijn hulp is van den HEER alleen,
Die hemel, zee en aarde
Eerst schiep, en sinds bewaarde.
Vers 2
Hij is, al treft u ‘t felst verdriet,
Uw wachter, die uw voet
Voor wankelen behoedt;
Hij, Isrels Wachter, sluimert niet;
Geen kwaad zal u genaken;
De HEER zal u bewaken.
Vers 3
Zijn wacht, waarop men hopen mag,
Zal, daar zij u bedekt,
En u ter schaduw strekt,
De maan bij nacht, de zon bij dag,
In koud’ en gloed vermind’ren,
Opdat zij u niet hind’ren.
Vers 4
De HEER zal u steeds gadeslaan,
Opdat Hij in gevaar,
Uw ziel voor ramp bewaar’;
De HEER, ‘t zij g’ in of uit moogt gaan,
En waar g’ u heen moogt spoeden,
Zal eeuwig u behoeden.